donderdag 18 augustus 2016

Team 2 2015/2016


RSB seizoen 2015/2016, Team 2





HZP Schiedam 2 - Fianchetto 3     4½ - 3½ (ronde 7)
Opvoeding?
Enige zorg: kind tevreden houden
Eindelijk… de laatste, allesbeslissende en dus van alle onzekerheid verlossende ronde. Bovendien een Schiedams onderonsje. Voor onze tegenstanders is de wedstrijd strikt genomen niet echt van toegevoegde waarde, de sportieve motivatie om te winnen zou nog kunnen zijn dat het een heuse derby betreft. De persoonlijke rating opkrikken kan ook nog een motivatie zijn. Met zes punten uit zes wedstrijden bevinden de heren uit Schiedam-Noord zich 100% in de safe-zone. Hoe anders is dat voor de heren uit Schiedam-Zuid. Was het vorig seizoen nog een gevecht tegen degradatie (2e klasse), dit seizoen kenmerkt zich vooral door een strijd TEGEN promotie (zonder succes). Jazeker, er zijn een aantal bestuurders en leden die de promotie van het tweede met gemengde gevoelens ondergaan. Wat mij opvalt is dat het zogenaamde TEGEN kamp bestaat uit de ‘oudere’ leden (waaronder ook ondergetekende). Wat is dat met deze generatie? Het antwoord is simpel: deze heren brachten hun jeugd en jong volwassenheid grotendeels door in de jaren ’60 en 70’ van de vorige eeuw, de tijd van de “niks moet, alles mag” opvatting. De kinderen van deze generatie genoten over het algemeen een bescherm(en)de opvoeding en mochten veel (de enige zorg was het kind tevreden houden). Kenmerkend is dus dat de kinderen van bedoelde generatie het vooral naar hun zin moesten hebben, pijn en leed voor het kroost moest zoveel mogelijk worden voorkomen… Nu begrijpt u misschien de generatie verhoudingen op onze club beter. De ‘ouderen’ stellen zich op als ouders over de jongere leden (die toch ook al dertigers en veertigers zijn), en het uitgangspunt is nu om de ‘jongeren’ voor een seizoen vol teleurstelling, schaakleed enz. te behoeden. Feit is wel dat de ‘kinderen’ onder dit gedrag van de ‘ouders’ natuurlijk nooit mentaal weerbaar en volwassen zullen worden, we maken er zogezegd verwende ‘watjes’ van. Het ouderlijk gevoel en instinct zegt dus beschermen. Het verstand zou echter moeten zeggen laat ze maar voelen en ondergaan, daar worden ze weerbaar en autonoom van…

Afvallige of juist niet?
"Sodom en Gomorra"?
Deze wedstrijd stond wat mij betreft zeker in het teken van afscheid. Niet alleen van de 3e klasse, maar natuurlijk ook van David van der Vloed. David woont nu sinds een weekje bij zijn vriendin in Amsterdam. Deze wedstrijd was tevens zijn laatste wedstrijd in ons dienstverband. Ik heb er de afgelopen weken slapeloze nachten van gehad. Steeds spookte die vraag maar door mijn hoofd “Wtf is er mis met je, wanneer je Rotterdam vrijwillig verruilt voor Amsterdam, zelfs voor je vriendin doe je zoiets nog niet”… Zelfs in het toch vrije westen stond Amsterdam enkele jaren geleden nog bekend als het “Sodom en Gomorra” van Europa. Berucht om zijn krakers, coffeeshops, de Wallen en weet ik wat allemaal nog meer. Wanneer je daar vrijwillig naar toe trekt dan heb je iets met hedonisme, het kan haast niet anders. Uiteindelijk viel bij mij het kwartje. Als je naar zo’n type plaats als Amsterdam vertrekt dan kan het natuurlijk ook zijn dat je een missie hebt. En ja hoor, u moet weten dat de vriendin van David een ds. is. Of eigenlijk nauwkeuriger gezegd een da. Een jonge progressieve vrouwelijke dominee die behept is met een frisse eigentijdse kijk op de beleving van het geloof. U leest een prettig en verhelderend interview met de aanstaande van David hier. Goed, dit misverstand is dus uit de weg geruimd. David gaat als het ware op een soort van missie, ik ben benieuwd of het jonge stel er in slaagt om het spirituele bewustzijn van de meesttijds megalomane en eigengereide hoofdstedeling te activeren. Of het de missie ontmoedigt of misschien juist wel aanmoedigt weet ik niet maar een bekende Amsterdamse uitdrukking is: “iedereen die niet uit Amsterdam komt is een provinciaal”. Nu ik het werkelijke motief van David meen te hebben ontrafeld en met deze hernieuwde kijk in het achterhoofd het besluit van David om te verkassen naar 020 evalueer, constateer ik dat mijn aanvankelijke achterdocht inmiddels vervangen is door bewondering. Dat David een snelle leerling is wist ik al, getuige zijn vooruitgang in het schaken. Hoe David vanavond na slechts een weekje Amsterdam al op geheel “Amsterdamse” wijze zijn partij op remise wist te houden overtrof zelfs de praktijken van het vroegere ‘lucky’ Ajax, dat na de gehele wedstrijd achter te hebben gestaan, tegen alle verwachting in nog even in blessuretijd de gelijkmaker erin frommelde, over David zijn partij later meer…

Nog meer relaties?
Albert of Aad?
Tja, nu we toch bezig zijn, pikken we deze ook nog even mee. Fianchetto 3 op bezoek, en dat betekent voor mij een weerzien met voorzitter Bart van der Sloot. Een weerzien? Jawel, ondergetekende is in het verleden een aantal seizoenen lang in Groenoord kleuren uitgekomen, één van die voor ondergetekende en vaak door mede oudjes geroemde ‘goeie ouwe tijd’ episodes. Bart zit al 25 jaar in het bestuur, en onder zijn voorzitterschap is Groenoord destijds de fusies aangegaan met het Vlaardingse Unilever (schaakafdeling dan tenminste) en met het Vlaardingse CHESS dat weer een fusieclub tussen HVO en Shell was. De nieuwe club van Bart ging verder onder de naam Fianchetto. Overigens liet Bart aan mij doorschemeren dat hij het bestuurdersvak na 25 jaar wel mooi geweest vond, ik vroeg Bart nog “weten ze dat bij Fianchetto ook?” Nee nog niet was het droge antwoord. Behalve verslagen schrijven voel ik bij mij zelf vaak ook journalistieke kriebels (Albert Verlinde is mijn grote voorbeeld), dus nieuwtjes tegen mij vertellen kan nog weleens een eigen leven gaan leiden. Ik gaf Bart, geheel tegen mijn gewoonte in, een subtiele hint… “ik schrijf het verslag van deze wedstrijd, Bart”. Zal ik deze passage maar knippen, vroeg ik Bart. “O ja da’s waar ook, schrijf dit maar niet”… Nog geen tien seconden later… “Schrijf maar op ook, ik moet het toch vertellen”. Zoals gezegd: onder het bewind van Bart hebben er nogal wat fusies plaats gevonden. Vlaardingen is zijn schaakclubs kwijt, en Schiedam heeft er nog twee. U snapt dat dit ergens bij Bart nog het gevoel geeft dat zijn bestuurderswerk toch nog niet helemaal is wat het op had kunnen leveren. Bart heeft mij ooit eens bezworen dat wij (HZPS) de volgende klant zouden zijn. In dat opzicht lijkt Bart best wel een beetje op Jean-Claude Juncker de voorzitter van de Europese Commissie. Met dat verschil dat Bart wel door het volk is gekozen, qua drankgebruik zitten de heren misschien meer op één lijn. In dat licht bezien zijn wij zoiets als de Oekraïne. Bart ziet graag dat HZPS deel uit gaat maken van ‘zijn’ grote schaakrijk. Bij tijd en wijle duikt dit ‘eeuwige issue’ weer op. Het zou zomaar kunnen zijn dat die stap uiteindelijk onvermijdelijk blijkt te zijn… Om maar even actueel te zijn, je zou aan een raadgevend referendum onder de leden kunnen denken…

De wedstrijd…
Game on!
F.G. Maas moest verstek laten gaan. Teamleider Gerard Turkenburg had oud Fianchetto speler Cees Verhagen opgeroepen in te vallen. Cees zou later op de avond de cruciale factor blijken, daarover later meer. Een moment van verontrusting brak rond acht uur aan, we waren nog niet compleet. Bord 8 speler Leo Pletikosic was in geen velden of wegen te bekennen. Gerard reageerde adequaat en koos niet voor de klok aan te zetten en ’n uurtje tussen hoop en vrees te gaan leven. Arnold van der Kammen werd gepeild, en deze wilde onvoorbereid het avontuur wel aan in deze voor ons zo belangrijke wedstrijd. Wedstrijdleider en ondergetekende Aad Juijn heette onze stadgenoten van harte welkom, legde in het kort de belangrijkste regeltjes en nog wat zaken van huishoudelijke aard uit, verder werd nog even het belang van deze wedstrijd onderstreept… Game on!

’n Rustig intro…     
Aan het zwarte bord 7 speelde Marco Zwanenburg (1409) tegen Fianchetto voorzitter Bart van der Sloot (1581), ’n nogal flink ratingverschil derhalve. In een aangenomen koningsgambiet bleef het spelletje behoorlijk overzichtelijk. Marco liep een geïsoleerde pion op d5 op, en Bart kon beschikken over de half geopende f- lijn. Er ontstond wat positioneel duw en trekwerk in het centrum en er werden wat stukken geruild. Er resteerde al vlot een D+T+P en voor beiden 5 pionnen situatie. De torens werden geruild en ondanks dat het zwarte paard (jawel) erg goed op e4 stond, was er toch weer niet veel mee aan te vangen. Marco bood remise aan, en Bart vond het wel best. Op rating natuurlijk een geweldige prestatie van Marco!
½-½  

Marco remise tegen voorzitter Bart...


K*t!
Het zwarte bord 5 werd bemand door Dick Vons (1597), tegenstander was Fred van Gent (1554). Een opstelling met Weense kenmerken wordt door Dick met op de 3e zet d6 vrij flegmatisch aangepakt. Fred schuift vlotjes de Weense f4 pion naar f5 en heeft nog niet gerokeerd. Normaal gesproken kan je in zo’n vroeg stadium deze pion met g6 tot verklaring dwingen. Dick meent echter de zaak met paardenmiddelen te moeten aanpakken en offert pardoes een stuk op f5! Twee pionnen krijgt hij voor dat stuk terug. We zullen maar spreken van een positioneel offer. Naast het door zwart al gespeelde e5 verschijnt een collega op f5. Met wat gepriegel dreigt Dick een inktvis op veld e3 te krijgen, hij kiest hier echter niet voor. Er is ook nog een mogelijkheid om met het zwarte paard (jawel) een toren ‘eeuwig’ aan te vallen, dat zou de kwaliteit voor tegen 2 pionnen betekenen. Kortom het positionele stukoffer van Dick levert Fred toch nog de nodige hoofdbrekens op. Dat de partij plots als een nachtkaars uitging schokte vriend en vijand. Dick speelde zijn paard, paard werd geslagen, Dick kon niet terugslaan want dan zou de zwarte dame plots kunnen worden geslagen. Kortom een penninkje gemist…
½-1½  

Dick: penninkje gemist...


Amsterdamse branie…
Mag u raden over wie dit gaat… David van der Vloed (1626) speelde aan het zwarte bord 3 zijn laatste wedstrijd voor HZPS. Bart Germeys (1671) zat tegenover David. In een Veresov sloeg Bart na h6 met zijn loper het paard op f6, David nam met de g- pion terug. Een principiële keus, zwart heeft de half open g- lijn en ontmoedigt daarmee de witte korte rokade. Iets later in de partij speelt David zijn loper via f5 naar g6, deze wordt geslagen en na het zwarte fxg6 is de zwarte pionnenstructuur weer ‘hersteld’. Een ‘nadeeltje’, pion g6 is nu een makkelijk aanvalsobject en na een dubbel aanval van dame en paard gaat deze eraf. Het paard komt binnen en na PxL KxP is een eventuele lange rokade verleden tijd. Bart komt wel aan lange rokade toe, en het ziet er zwaar hopeloos uit voor David, die zich vast een andere voorstelling zal hebben gemaakt van zijn afscheidwedstrijd. De een na de andere pion valt, op een bepaald moment staat David er maar liefst 4 achter. De dames gaan er af, en de heren houden qua stukken twee torens en een paard over. David heeft inmiddels wel rommelkansen weten te creëren en speelt dus nog even door. Bart, die vast meende dat de winst een kwestie van tijd was begint nu te klungelen. David weet drie pionnen terug te halen, en vraagt aan ondergetekende of hij remise mag aanbieden. Ik had de partij van David allang afgeschreven, en vond alles best. Per slot van rekening stond David nog een pion achter. Bart die zichzelf kennelijk niet meer vertrouwde vond het prima… Als David had verloren was de eindstand op 4-4 gekomen en hadden we achteraf net naast de promotie gegrepen, m.a.w. David bedankt!!
1-2

David: vraag niet hoe, maar toch remise!


Nog ’n meevaller…
Aan het witte bord 4 speelde Hans Schrumpf (1498) tegen Frans van Stijn (1597). Toch zo’n 100 puntjes ratingverschil. Het van Hans zo kenmerkend ruige spelletje werd door Frans rustig benaderd. Zo werd bijvoorbeeld het al vroeg aangeboden witte pionnetje op b4 keurig genegeerd. Vele zetten later besloot Hans ten arren moede zelf dan maar te slaan op c5. Geduld is niet Hans’ sterkste eigenschap, en dus ging wit de zaak maar eens grondig forceren. Doordat wit een koningsaanval met f5 wilde forceren kon zwart de nu ongedekte witte pion op e5 inrekenen. Hans had ‘iets’ overzien zoals hij later zelf aangaf. Het zag er niet best meer uit. Hier was een wonder nodig, en dat kwam… Even plotseling als onverwacht overzag Frans iets en gaf pardoes een paard weg… Pfff, de domste boeren en de grootste aardappels verhaal, of iets dergelijks… Opluchting alom!
2-2          

Hans: gegeven paard niet in de bek (mond) kijken...

            
Maar het zit niet altijd mee…
‘Last minute’ invalkracht Arnold van der Kammen (1454) speelde als eerder gezegd aan het witte bord 8. Tegenstander was de voor ons niet onbekende Jan Weitering (1490). Jan doet vrijwel altijd mee aan onze zomercompetitie. Nu zijn zomeravond rapid partijtjes van 20 minuten waarbij er feitelijk ook nog eens niets op het spel staat, natuurlijk geen graadmeter voor een treffen onder de omstandigheden als die van vanavond. Het werd een strategische partij waarin Jan het moest hebben van damevleugel activiteit, terwijl Arnold zijn heil moest zoeken in of een centrumactie of een koningsaanval. De a- lijn kwam open en Jan bezette deze met een toren, pion b3 was het achtergebleven aanvalsobject. Er werd veel geruild, en uiteindelijk hielden de heren een Toren, Loper en voor beiden een zestal pionnen over. Jan leek de beste papieren te hebben want de witte pionnenfalanx op b3, c4 en d5 stond op de witte velden, de kleur van beide lopers zogezegd. Juist toen Arnold remise aanbood was jan met het plan bezig zijn loper via f5 richting het achterblijvertje op b3 te dirigeren. De zwarte toren stond al op b1. Na het witte g4 moest de loper van f5 weg, Jan meende zich een tussenzet te kunnen permitteren maar dat werkte niet vanwege een tussenschaak dat jan overzag. Pardoes ging nu plots de zwarte loper verloren. Jan kreeg daar nog wel de b3 pion voor, en beschikte nu over een vrije b4 pion. Arnold moest deze wel in de gaten houden. Tot overmaat van ramp was het nu Arnold die een flinke steek liet vallen, dat kostte een aantal pionnen. Er bleef nu een eindspel over waarin een zeker dynamisch evenwicht speelde. Knarsetandend ging Arnold akkoord met het remisevoorstel van Jan, er zat ook niet meer in zo op het eerste gezicht…
2½-2½  

Arnold: net niet! toch remise...


Langzaam maar zeker…
Jan Verveen (1375) speelde aan het witte bord 6. Gilles Deegeling (1567) was op rating veruit de favoriet. In een stelling waarin beide heren kort rokeren speelt Jan na b3 zijn loper op b2. Gilles heeft met d6 voor een Philidor-achtig systeem gekozen. Jan breekt met d4 het centrum open en kan beschikken over wat meer ruimte. Gilles besluit tot actie en komt dreigend opzetten met de zet f5, tevens slaagt zwart erin een sterk paard te creëren. Wanneer Gilles de druk verder opvoert schiet jan er een pionnetje bij in. De dames zijn er dan af, de stelling blijft lang gesloten, maar met engelengeduld en veel gemanoeuvreer weet Gilles beetje bij beetje de druk verder op te voeren. Uiteindelijk levert de voortdurende pressing een kwaliteit op. Op een goed getimed moment geeft Gilles de kwaliteit terug. Nu is er een toreneindspel ontstaan waarbij wit vier pionnen heeft en zwart zes, waaronder twee verbonden vrijpionnen. Wanneer de zwarte koning dit tweetal komt ondersteunen is de koers gelopen. Ondanks de hardnekkige tegenstand die Jan vanavond heeft geboden is de uiteindelijk onvermijdelijke nederlaag een kwestie van tijd gebleken…
2½-3½

Jan: langzaam maar zeer zeker weggedrukt...


De ommezwaai…
Uiteraard had captain Gerard Turkenburg (1582) zichzelf aan bord 1 (zwart) gezet. Tegenstander was Bela Hlvaj (1706). In een draak rokeren de heren kort. Bela dekt de pion op e4 met f3, het geijkte plan. Na een witte lange rokade kan dan bijvoorbeeld de bajonetaanval met g4 worden gespeeld, na de korte rokade ligt dat lastiger. Daar Bela ook nog h3 speelt lijken mij de zwakke zwarte velden rondom de witte koning verdacht. De gebruikelijke zwarte actie op de damevleugel met Pa5 en daarna Pc4 wordt beantwoord met Lxc4 en Txc4. Nadat Gerard met e5 en f5 richting de witte koning optrekt ontstaat de typisch Siciliaanse hangpion op d6. Bela ruilt eerst op f5 en na Lxf5 verkrijgt Gerard initiatief op de koningsvleugel. Met sterk spel weet Gerard de witte koningsstelling uit elkaar te trekken, en wint daarbij een pion. De witte stelling kraakt aan alle kanten, en wanneer Gerard nog een pion wegplukt lijkt de zaak een kwestie van tijd. Tot grote schrik van de HZPS’ers levert Gerard pardoes een kwaliteit in. Gelukkig voor ons weet Gerard toch zijn greep te houden op de stelling. De tijd begint ook een rol te spelen, en Bela overziet een paardvork die de kwaliteit weer terug brengt. Inmiddels staat Gerard drie pionnen voor en scoort zodoende de belangrijke gelijkmaker!
3½-3½

Gerard: uitstekende prestatie!


De matchwinner…
Oud Fianchettospeler Cees Verhagen (1849) speelde aan het witte bord 2 tegen Hans Dopper (1687). Een aanzienlijk ratingverschil, en op papier is Cees de favoriet. In een Engelse partij bleef de spanning in het centrum lang gehandhaafd. Op de 18e zet brandt de strijd los, een centrumruil leidt meteen tot flinke afruil der stukken. Hans verdedigt zich uitstekend en na dameruil ontstaat er een eindspel van Toren en Paard plus vijf pionnen elk. Cees heeft zijn toren op de 7e rij, maar Hans slaagt erin de toren af te ruilen. Paardeindspelen zijn ongelooflijk moeilijk, de witte koning staat centraler en dat moet het verschil maken. Cees besluit va-banque te spelen. Een paardoffer op de damevleugel moet de witte koning de gelegenheid geven om de zwarte pionnen op de koningsvleugel op te stofzuigen. Ook in deze fase speelt Hans het uitstekend, het is haast om moedeloos van te worden. Hans moet wel zijn paard terugofferen, dan blijven de koningen over plus voor beide heren een h- en g- pion. Alles draait om één tempo, maar dat lijkt voor beide heren niet te realiseren… Iedereen op de club nog aanwezig is verzameld rondom dit bord. De klok speelt ook op. Het lijkt volstrekt remise, totdat Hans een vingerfoutje maakt, en nu is het plots wel op dat ene tempootje uit. Cees grijpt onmiddellijk zijn kans en de promotie is niet meer te voorkomen. Een erg zuur einde voor Hans, die juist zo voortreffelijk partij bood. Cees draait zijn oude club de nek om, maar stelt voor HZPS de promotie veilig. Uitstekende vechtersmentaliteit Cees!!
4½-3½

Cees: matchwinner!!


Cees als laatste bezig...


Teamleider Gerard is al overtuigd! 

  
Als…
Door deze miraculeuze overwinning was de promotie sowieso een feit. Er moest nog wel even worden afgewacht wat Shah Mata 3 - de Pionier 2 zou worden een dag later, want bij een 2½-5½ of grotere winst voor de Pionier 2 zouden wij zelfs nog kampioen geworden zijn. Het werd  3½-4½ voor de Pionier 2 die nu door gemis aan bordpunten op de 3e plaats bleef steken. Shah Mata 3 werd dus kampioen op slechts één bordpuntje van ons! Nou kan je natuurlijk zeggen dat dit ene bordpuntje gemakkelijk uit het onderonsje met Fianchetto had kunnen worden gehaald. Wat je ook kunt zeggen: wanneer de partij van Cees in remise was geëindigd (was reëel) of wanneer David had verloren (was nog reëler) of wanneer Hans in slechte stelling het stuk niet in de schoot geworpen had gekregen… Een halfje minder deze wedstrijd en wij waren 3e geworden!! Deze 2e plaats is een ongelooflijke prestatie van dit team, bovendien is dit het enige team dat zowel Shah Mata 3 als de Pionier 2 met maar liefst  5½-2½ onderuit wist te schoffelen! 

David van der Vloed werd met 5 uit 7 topscorer (nr. 3 in de top 10 RSB 3C), een mooiere afsluiting van het HZPS hoofdstuk was niet denkbaar! Ik wens David veel succes bij zijn nieuwe club dat waarschijnlijk Caïssa (148 leden met rating, 12 bondteams) zal worden. En uiteraard veel goeds en liefs met Marleen gewenst…

Dick Vons werd met 4½ uit 7 de runner-up van dit team (nr. 9 in de top 10 RSB 3C), eveneens een puike prestatie!

Verslag: Aad Juijn  

Fotografie: Frans Groeneweg             





Charlois Europoort 6 - HZP Schiedam 2  5 - 3 (ronde 6)

Incasseringsvermogen…
Incasseringsvermogen...
Na het verlies in de vorige ronde van 3-Torens 2 was de wedstrijd tegen Charlois Europoort 6 een uitstekende graadmeter om eens te zien hoe het met het collectieve incasseringsvermogen van de  veelal verguisde en hooglijk onderschatte reserves van HZP Schiedam gesteld is. Tot nu toe kregen de scheepsjongens van kapitein Turkenburg slechts eenmaal een nederlaag te verwerken, en die kwam overigens op zeer ongelukkige wijze tot stand (zie het verslag tegen 3-Torens 2). Het zal u inmiddels zijn doorgedrongen dat er dit seizoen twee teams promoveren. Op het moment dat ik (Aad Juijn) deze inleiding schrijf, en dat is vrijdagmiddag op de speeldag, heeft de concurrentie al gespeeld. Shah Mata 3 heeft zoals verwacht met 3-5 gewonnen van Ashtapada, en staat nu met één wedstrijd meer gepeeld twee matchpunten en vijf bordpunten op ons voor. De andere concurrent de Pionier 2 is met 2½-5½ flink onderuit gegaan tegen de ‘reuzendoder’ 3-Torens 2. De Pionier 2 staat nu met één wedstrijd meer gespeeld op evenveel matchpunten als wij, en slechts één bordpunt voor. Beide concurrenten spelen in de laatste ronde tegen elkaar. Vooruitlopend op de zaak kun je dus stellen dat de kaarten gunstig liggen wat betreft de promotiekansen. De tegenstander van vanavond is echter één van de drie teams welke volop in overlevingsstrijd verkeren aangaande het ontlopen van de plaatsen zeven en acht, welke immers garant staan voor een plaatsbewijs enkele reis 4e klasse…

De wedstrijd en daarna… 
Amsterdammertje...
Wat de inleiding betreft, dat was vrijdagmiddag. Inmiddels zijn we een stuk wijzer geworden, en weten we nu wat we stiekem al wisten maar misschien niet hadden willen weten. Team twee is tot ALLES in staat, en dus kun je spreken van een perfect gezelschap. Met tot ALLES in staat doel ik uiteraard op het verpletteren van de aanstaande kampioen (Shah Mata 3) en verliezen van degradatieklanten. Lekker allround dus. Wedstrijdleider extern en gedurende dit seizoen tevens mijn privéchauffeur David van der Vloed stond als afgesproken om zeven uur ’s avonds voor mijn deur. Een beetje sentimenteel moment wel. Het was namelijk de allerlaatste keer. David heeft zijn grote liefde gevonden, en die is woonachtig in het zogenaamde “Venetië van het Noorden”, bij Rotterdammers steevast aangeduid met het minder idyllische “020”. Door liefde verblind (dat kan niet anders als je Rotterdam inruilt voor Amsterdam) volgt David dus zijn op hol geslagen hart en is hij kennelijk bereid de cultuurshock (netjes uitgedrukt) voor lief te nemen. De afscheidwedstrijd van David zal dus die van 4 april tegen stadsgenoot Fianchetto 3 zijn. David woont dan al in Amsterdam, en dus hebben we de ronduit twijfelachtige primeur een Amsterdammer in ons team te hebben… how about that? Overigens zou ik later op de avond kennis maken met de dame in kwestie… Marleen, daarover later meer. Teamleider Gerard Turkenburg drukte David nog even fijntjes op het hart dat David zijn clubliefde toch wel ver te zoeken was… “om je vereniging in de steek te laten voor zulk soort zaken, schandalig”. Het team van teamleider Gerard kende één mutatie, F.G. Maas was in de lappenmand en Eric Emor (!) werd zijn vervanger. Overigens geeft het te denken dat wanneer F.G. niet meedoet, het team verliest. Verder was er nog wat verwarring over het nieuwe onderkomen van Charlois Europoort. De vertrouwde ‘groene hel’ is noodgedwongen verlaten en daarvoor in de plaats is gekomen het Grand Café Rustburcht aan de Strevelsweg op ‘Zuid’. Helaas is dit feitje op de RSB site bij ‘contacten verenigingen’ nog niet bijgewerkt, Charlois Europoort wedstrijdleider Lendert van den Ouden had wel tijdig een mailtje met dit feitje naar ons centrale mailadres gestuurd. Marco had echter e.e.a. gemist maar wist samen met bijrijder Dick toch via wat omzwervingen en iets later het etablissement te bereiken. Wedstrijdleider Angelique Osinga had het startsein al gegeven en de twee laatkomers schoven rap aan. Een blik op het wedstrijdformulier (dat er niet was, maar daar werd een prima handgeschreven alternatief voor geboden) en daarna op het ratinglijstje van de tegenstanders deed mij al het ergste vrezen. Ieder van onze spelers was lager tot beduidend lager ingeschaald qua rating, op twee uitzonderingen na. Invaller Eric Emor heeft aan onze kant de hoogste rating (1695) maar moest uitgerekend tegen die ene speler zonder rating. David van der Vloed was ook hoger ingeschaald dan zijn tegenstrever. We richten ons op de wedstrijd en daarbij gebruik ik de actuele ratinglijst van de KNSB (februari 2016)…

De eersten zullen de laatsten zijn… (Matteüs 20:1-16)      
Aan het zwarte bord 2 speelde David van der Vloed (1626) tegen Robert Lecomte (1536). Zoals gezegd was dit een van de twee partijen waar het ratingverschil aan de gunstige kant zat, 90 puntjes. Vooraf hadden David en ondergetekende nog even vlug wat variantjes doorgenomen maar zoals dat wel vaker het geval is… nodeloos. Er kwam iets geheel anders op het bord en David leek op de damevleugel goed op weg. De halfopen c- lijn was voor David en met de opmars b5 en b4 werd pion c3 belaagd. Robert gooide met La6! roet in het toch al zwarte eten. De toren op c8 stond nu juist net zo lekker, het enige veld om op de belangrijke c- lijn te blijven was nu c7. Aangezien wit een loper op f4 had, hoewel er nog een wit paard op e5 stond, was het lastige vraagstuk om op c7 en dus in de penning van Lf4 gaan staan de optie. Het geval wilde dat Robert nog een verjaardagfeestje voor de boeg had staan, en dus eigenlijk weg wilde. Robert bood remise aan! Dus David met het lastige vraagstuk naar ondergetekende. Tja, erg vroeg in de avond en alle borden nog zo goed als in evenwicht. Nou, je mag het zelf weten was het ontwijkende antwoord van ondergetekende, met als resultaat…
½-½

David... laatste uitwedstrijd remise


de BOB
David en ik besloten de stelling aan een nader onderzoek bloot te stellen, en kwamen tot de conclusie dat de toren straffeloos naar c7 had gekund. Misschien dat David iets beter stond. Nu David zo vroeg klaar was betekende dat niet dat hij dus huiswaarts kon sterker nog David ging als een van de laatsten naar huis, één van de nadelen van het privéchauffeurschap. Het goede nieuws echter was dat David zijn vriendin Marleen langs zou komen en wel naar de Rustburcht. Zo kon Marleen zelf eens de ‘sfeer’ proeven van het ‘schakerwereldje’ het sfeertje waar haar aanstaande altijd zo vol van is (daarover later meer), en bovendien was David nu in de gelegenheid om zich te vergrijpen aan het Rustburchter bier. Marleen zou dan prima de BOB functie in kunnen vullen…

Over bier gesproken…
Onze bierkenner bij uitstek Leo Pletikosic (1471) moest met zwart aan bord 4 aan de bak. Tegenstander Marco van der Heijden (1645) beschikte over 174 punten meer aan Elo. Over het algemeen zeggen zulke ratingverschillen voor Leo geheel niets, Leo is tot buitengewoon onvoorspelbare uitslagen/dingen in staat. In een aanvankelijk gesloten systeem waarin beide heren kort gerokeerd hadden zocht Marco de aanval via de opmars f4. De f- lijn kwam halfopen te liggen, in het voordeel van wit. De druk op f7 werd nogal vervelend. Meestal slaagt Leo er wel in om wazige tegenkansen te creëren. Deze avond was daar een uitzondering op, met enkele onbehoorlijke krachtzetten werd Leo finaal opgerold, tot mat toe!
1½-½

Niet het avondje van Leo...


Over mat gesproken…
Aan het witte bord 5 speelde Jan Verveen (1375) tegen routinier Adri Jumelet (1556). Hier toch weer 181 ratingpunten in ons nadeel. De opening deed vermoeden dat het flinke ratingverschil omgekeerd was. De openingszetten werden in razend tempo op het bord gekwakt, en toen Adri begon na te denken stond hij al één pion achter, de koning nog in het centrum en daarbij nog wat lastige akkefietjes die hij moest oplossen, zoals een superslechte loper op c8. Jan had al kort gerokeerd en dreigde onafwendbaar een inktvis op d6 te verkrijgen. Zo geschiedde… Jan verkreeg er nog een pionnetje bij, maar Adri had nu wel kort gerokeerd. Jan ruilde zijn inktvis tegen de hulpeloze loper op c8 en dat was niet zo’n gelukkige greep. Met kunst en vliegwerk, daarbij grote risico’s niet schuwend slaagde Adri er in om de twee pionnen weer terug te ‘regelen’. Met nog wat meer ruil kwamen de heren in een zware stukken eindspel. Langs de f- lijn slaagde Jan er nu in om de zwarte koning eeuwig schaak te houden met zijn dubbele torens op de f- lijn. Adri had echter zijn torens op de eerste rij gekregen (de witte koning stond op h1, twee pionnen op g2 en h2). Jan had een toren op f1 en stond zodoende niet schaak. De situatie bij Adri was dat de koning op g7 stond en twee pionnen op g6 en h6. De witte toren moest nu met Tf7+ en Tf8+ enz. eeuwig schaak afdwingen. Jan vond het echter te verleidelijk om ‘mat’ te geven en zette na Tf8+ de zwarte koning ‘mat’ door zijn toren van f1 op f7 te planten. Adri merkte terecht op dat het geen mat was want Adri kon nu met zijn toren op de eerste rij de koning ‘slaan’. O, ja… was het antwoord van Jan, en hij zette de toren van f7 weer netjes op f1 terug. Nu was het eeuwig schaak mechanisme met de andere toren die van f8 weer de enige optie… en dus ging Adri akkoord met de remise. U begrijpt wel… Na afloop werden de heren op het ‘matje’ geroepen door enkele toeschouwers die het tafereeltje met grote verbijstering hadden gadegeslagen. U begrijpt wel… aanraken is zetten, en dus had Jan met zijn toren van f1 moeten spelen, en dat was vanwege de twee zwarte torens op de eerste rij mat in één geweest… Adri zat er niet mee (Jan trouwens ook niet).
2-1

Jan zat er ook niet mee...


Over zwarte torens gesproken…
Aan het zwarte bord 6 moest Marco Zwanenburg (1409) het zien op te boksen tegen Lennart Heijnen (1561). Het wordt wat eentonig, maar ook hier weer ’n paar ratingpuntjes verschil, om precies te zijn 152 stuks. In een aangenomen koningsgambiet besluit Marco aan zijn pluspionnetje op f4 te gaan hangen. Op zich kan zoiets natuurlijk wel, maar om zoiets met Df6 te doen is roepen om narigheid. Wanneer je echt op pionbehoud wilt spelen is g5 nog de meest consequente zet. Lennart ontwikkelde naar behoren terwijl de zwarte stukken wat onhandig stonden, en daarbij de zwarte damevleugel nog onontwikkeld was. Wanneer Lennart plots met zijn dame pionnetje b7 meepikt is het meteen einde oefening voor de toren op a8...
3-1

Marco... einde oefening


Over acht gesproken…   
Aan het zwarte bord 8 speelde Jan Hennevanger (1096) tegen Ruud Kok (1406). 310 ratingpunten verschil is hier het negatieve saldo. Omdat ik na afloop van deze partij het notatieformulier van Ruud als ‘aandenken’ mee naar huis kreeg, heb ik deze partij thuis wat nader kunnen bestuderen. Beide heren zitten een beetje te suffen in de opening. Ruud geeft een pion weg, maar Jan pakt hem niet… sterker nog Jan besluit zelf een pion te doneren, Ruud neemt op zijn beurt het geschenk wel aan. Dan zijn feitelijk de kaarten geschud en loopt Jan de gehele partij achter de fanfare aan. Er ontstaat nog wel een moment in de partij waarbij Jan de gelegenheid tot een paardvork krijgt. Dit zag er op de speelavond veelbelovend uit, maar zoals u weet “veel beloven en weinig geven, doet gekken in vreugde leven”. Bij nadere beschouwing leidt de paardvork tot hooguit een gelijke stelling. Het moet gezegd worden dat Ruud deze voor wit lastige fase prima uitspeelde. Nadat Ruud op keurige wijze de twee overgebleven stukken tot ruil wist te dwingen, keek Jan tegen een schier hopeloos pionnen eindspel aan, waarin Jan zich het helemaal liet bewijzen. Ruud voerde de partij keurig tot mat dankzij zijn opnieuw gehaalde dame…
4-1

Jan... achter de fanfare aanlopen


Over dames gesproken…  
Aan het witte bord 3 speelde Dick Vons (1597) tegen Coen van Baren (1644). Hier is het ratingverschil te overzien. Beide heren zetten hun stelling behoedzaam in elkaar. Een strategisch potje ontstaat, met rustige middelen blijven de heren elkaar lang aftasten, het heeft iets van een Sumo worstelgevecht. En zoals dat hoort in een dergelijk Sumogevecht blijven alleen de zware stukken over. Beide heren beschikken over zeven pionnen, en dat geeft aan dat de stelling ook nog eens zeer gesloten is. Via de enige open lijn verdwijnen de torens, en zo blijven de aller zwaarste stukken, de dames slechts over. Coen biedt remise aan, en dat is dus een zogenaamde ‘mindfucker’… Dick kijkt mij vragend aan. Toestemmen is de wedstrijd verliezen, doorgaan kan een belangrijk bordpunt in de strijd om de tweede plek kosten. Bovendien staat Gerard aan bord een niet meer zo duidelijk. En deze stelling is zo gesloten dat remise ook zeer waarschijnlijk is. En om verder zinloos touwgetrek op de vierkante centimeter te voorkomen, geef ik mijn goedkeuring…
4½-1½

Dick... verdienstelijke remise


Over goedkeuring gesproken…
Aan het witte bord 7 ons geheime wapen Eric Emor (1695). Hier is het ratingverschil het grootst, namelijk 1695 punten om exact te zijn. Tegenstander Rik Wortman is nog niet in het bezit van een rating. Rik speelde naar mijn idee een zeer behoorlijke partij, en Eric moest diep gaan. In de opening pakt Eric de ruimte op de damevleugel. De kritieke stelling ontstaat eigenlijk doordat een ongedekte zwarte loper op b7 gevaar loopt, een zwart paard op d5 kan namelijk niet meer weg omdat de witte loper het paard pent. Uiteindelijk moet Rik een keer c6 spelen om geen materiaal te verliezen, en na ruil op d5 moet Rik dan met pion c6 terugslaan waarna hij met een dubbele iso op de d- lijn komt te zitten. Er resteert een spel van zware stukken en daarbij voor beide spelers een loper van ongelijke persuasie. Om nu de slechte loper van b7 wat meer toekomst te geven gaat het stuk naar c6. Eric slaat meteen meedogenloos toe, en slaat de ‘gedekte’ loper met zijn toren. Hè… de loper stond toch gedekt door toren c8… Jazeker, maar na toren x toren volgt kalmpjes dame x d5+, en gaat de zwarte toren op c6 in de doos. Rik ploetert nog door met een loper minder, maar de zware stukken van Eric komen dreigend binnenvallen en na gedwongen ruil houdt Eric een loper over, en dus…  
4½-2½

Eric... als enige gewonnen!


Over ‘en dus’ gesproken…
Kapitein Gerard Turkenburg (1582) had zichzelf onverschrokken, zoals het hoort, aan het witte bord 1 gezet. Herman van Malde (1768) is bepaald geen lichtgewicht, en met 186 punten in de plus, de favoriet in deze partij. Herman liet er geen gras over groeien en besloot de rustige aanpak van Gerard op agressieve wijze aan te pakken. Met een damevleugel aanval inclusief pionoffer kwam Gerard behoorlijk ingepakt te staan. De druk was bijna verlammend. Bijna, want Gerard wist zich los te wurmen en kwam zelfs gewonnen te staan. Eenvoudig was het echter niet en na de dameruil kwam de zwarte koning juist op tijd om bij Gerard zijn vrijpion te komen. De pion werd terug gewonnen, en Herman kwam zelfs beter te staan. Inmiddels hadden beide heren nog zoiets van 3 minuten op de klok, en vond Herman het remiseaanbod van Gerard wel best…
5-3   

Gerard... tegen sterkste tegenstander remise

     
Wie o wie?
En zo was de tweede nederlaag op rij een feit. Wanneer we deze wedstrijd op gemiddelde rating bekijken, en uitgaan van de actuele ratings dan zien wij bij ons het getal 1481 opdoemen en bij Charlois Europoort 1588, met de aantekening dat Rik Wortman geen rating heeft en dus uit het gemiddelde is weggelaten. 5-3 is dan geen rare uitslag. Wat nu wel zo is… In de laatste ronde vechten drie ‘honden’ om slechts twee benen. Twee van die ‘honden’ spelen op dinsdag 5 april tegen elkaar. De overgebleven ‘hond’, en dat zijn wij, speelt op maandag 4 april. Wanneer wij verliezen dan kunnen de twee andere ‘honden’ het op een gelijkspelletje houden, en dan zijn wij de gebeten ‘hond’. Willen wij de andere ‘honden’ een lastig avondje bezorgen dan dienen wij te winnen van Fianchetto 3. Wanneer de Pionier 2 dan wint van Shah Mata 3 dan staan we met zijn drietjes op 10 matchpunten, en dan zijn de bordpuntjes van doorslaggevende aard. Wij hebben beide teams wel verslagen dus bij gelijke bordpunten is dat een prettige bijkomstigheid…

En dan nog de thuisreis…
Dus heren schakers...
Marleen en David hadden natuurlijk nog de taak om ondergetekende veilig in de Gorzen af te zetten. En omdat we het over veilig hebben, deed Marleen dat. David was als gezegd aan de ‘sapjes’ gegaan, en had zichzelf veroordeeld tot het bijrijderschap. Het was mij al eerder op de avond opgevallen: er was iets met Marleen dat ik niet kon rijmen. Ze was eigenlijk best wel open en sympathiek… en dat zijn toch niet één, twee, drie de meest kenmerkende eigenschappen van de gemiddelde Amsterdamse. De nuchtere verklaring was even simpel als logisch. Marleen komt feitelijk uit Twente, en is dus helemaal geen Amsterdamse! Desgevraagd was Marleen vrij duidelijk over het fenomeen ‘sfeer’ en ‘schakerwereldje’. Het was nu voor de tweede maal dat Marleen een schaakvereniging had bezocht, en het viel Marleen toch wel op dat er in ‘muffige’ zaaltjes en door ‘aparte’ typetjes wordt gespeeld. Wat dan wel weer bemoedigend is, klaarblijkelijk valt Marleen toch voor zo’n ‘apart’ typetje uit zo’n ‘muffig’ zaaltje, want ik reken David gemakshalve toch ook tot het ‘schakerwereldje’. Dus heren schakers, wanhoop niet wanneer u nog steeds vrijgezel bent! Voor nuttige tips. Het telefoonnummer van David is bij de webmaster op te vragen… Overigens wens ik Marleen en David vele liefdevolle, fijne en leerzame jaren met elkaar toe …

Verslag/Fotografie: Aad Juijn

      
                                 






HZP Schiedam 2 - 3 Torens 2    3½ - 4½ (ronde 5)

Competitievervalsing?
Patiënten?
Om nog maar eens het geheugen op te frissen: Vorig seizoen wist het rebellenteam, dat in de RSB competitie uitkomt onder de naam HZP Schiedam 2, met 6 matchpunten uit 7 wedstrijden beslag te leggen op de 5e plaats. En dat alles in de 2e klasse A. Op gemiddelde rating was het team destijds op de 8e plek ingeschaald (1560 punten). Al met al was de beslaglegging op de 5e plek een buitengewoon onverwachte en knappe prestatie. Na het seizoen krijgen we dan te maken met de jaarlijks terugkerende stoelendans, oftewel de transfermarkt. Enkele leden menen dan een positieverbetering aan te moeten gaan, en zoeken hun heil elders. Door de verschillende mutaties en verschuivingen naar team 1 levert het arme tweede gemiddeld zo’n slordige 130 ratingpunten in. Om nu in de 2e klasse mee te gaan ‘draaien’ met een bordgemiddelde van 1430 punten, en per wedstrijd blij zijn als er twee bordpunten kunnen worden binnen geschraapt, ging zelfs ons geharde stalinistische bestuur te ver. Er werd bij wijze van uitzonderlijke uitzondering een referendum onder de team 2 spelers gehouden, waarbij de stelling centraal stond: wilt u een jaartje afgetuigd worden, of gaat het bestuur een smeekbede met het niet alledaagse verzoek om vrijwillige degradatie opstellen, en deze richten aan de competitieleider van de RSB. De afloop van de kwestie kent u. Het gezelschap werd in de 3e klasse C ingedeeld. Dat de eerste vier wedstrijden winnend werden afgesloten (waaronder twee titel pretendenten) is in het licht van de vrijwillige degradatie geschiedenis nogal tamelijk gênant te noemen. Ondergetekende, die gewoontegetrouw bij de inboedel van het 2e team is inbegrepen, en o.a. als taak heeft de weergaloze verrichtingen van de combattanten eerst aan het papier en vervolgens aan het wereldwijde web toe te vertrouwen, wordt op de een of andere wijze door verschillende ‘vijandelijke’ spelers verantwoordelijk gehouden voor de niet met de gemiddelde rating van onze spelers strokende uitslagen. De term competitievervalsing is bijvoorbeeld al gevallen. Gelukkig heb ik van mijn hobby een deugd gemaakt, in de praktijk komt dit er op neer dat het bord voor mijn kop uit het juiste hout is gesneden. Dat ik het onbedoelde aanspreekpunt van het 2e team ben geworden zal denkelijk niet los kunnen worden gezien van de enigszins gebrekkige ‘uitstraling’ die zo kenmerkend is voor onze patiënten sorry, spelers. Mijn persoonlijke visie en verklaring van de eerder behaalde vier overwinningen is simpel. Het kan niet anders dan dat onze tegenstanders teveel op de rating, en nog belangrijker, het uiterlijk van onze spelers afgaan, en in dat licht bezien is onderschatting eigenlijk onvermijdelijk…

De stem van Aad of God?
Maradona of ...
De grote vraag dient zich aan: Moeten we nu dan wel terugwillen naar die 2e klasse? Je zou zeggen van niet… Het probleem echter is dat er twee teams promoveren, en wij verdorie zelfs na deze nederlaag nog steeds 1e staan, weliswaar nu gedeeld, maar toch! De wedstrijd van afgelopen maandag (1 februari 2016) tegen 3 Torens 2 moest dus worden verloren, maar dat leek te mislukken. En dus zag ik geen andere mogelijkheid dan handig gebruik te maken van een stem in mijn hoofd die er voor zorgde dat de nederlaag in ons voordeel uitviel (ere wie ere toekomt). U kent waarschijnlijk allen het verhaal van de wereldberoemde Hand-van-God-goal van Maradona. De wedstrijd was een kwartfinale van het WK’86 tussen Engeland en Argentinië, die gespeeld werd op 22 juni 1986 in Mexico-Stad. Maradona gebruikte, tegen de regels in, zijn hand om de bal over de keeper heen te wippen en op die manier te scoren. De scheidsrechter dacht dat Maradona zijn hoofd gebruikt had, en verklaarde het doelpunt geldig. Argentinië won met 2-1. Tijdens een persconferentie claimde Maradona dat zijn doelpunt gedeeltelijk met het hoofd van Maradona werd gemaakt en gedeeltelijk met de hand van God. Dit werd één van de beroemdste uitspraken in de sport (Wikipedia). Tot zover Maradona, die er kennelijk vanuit gaat dat God een fervent sportliefhebber is, en dan met name een groot fan van het nationale Argentijnse voetbalelftal. Ik was maandagavond in de functies: Wedstrijdleider, plaatsvervangend teamleider (teamleider Gerard speelde natuurlijk zelf) en verslagschrijver. Laat op de avond kreeg aan bord 6 Jan Verveen (1375) remise aangeboden door zijn opponent Tony Tang (1354). Tony stond een pion achter en had ook nog eens een geïsoleerde dubbele d- pion. Jan vroeg netjes aan mij wat te doen. Op enkele borden werd nogal luchtig met stukken omgesprongen, en het zag er al met al niet zo fris voor ons uit. Plots hoorde ik een vastberaden stem in mijn hoofd die krachtig gebood… “DOORSPELEN”. Tja, wie ben ik om mijzelf tegen te spreken, bovendien was dat ‘mijzelf’ wel? Het lijkt me bij deze een toepasselijke uitdrukking “de kerk maar ergens in het midden te laten”. Jan zette meteen het verkeerde winstplan in, en verloor nog! Een opmerkelijk voorval aldus, ik zal die stem toch eens in de gaten gaan houden, en vooral daar waar het mijn eigen partijen gaat betreffen.

“The hateful eight”…
... 3 Torens 2
… is het koosnaampje van 3 Torens 2, zoveel is mij duidelijk geworden op de webstek van 3 Torens. Overigens ben ik niet de enige persoon die nogal onder de indruk van dit koosnaampje is gekomen. De beruchte cult filmregisseur Quentin Tarantino is kennelijk ook een vaste bezoeker van de 3 Torens site, Tarantino gaat zelfs zover dat hij een gelijknamige Western film op het team van voormalig RSB PR man Ronald Damhuis (tegenstander van Hans Schrumpf) heeft gebaseerd. Overigens is het amusante en lezenswaardige verslag van Ronald zeer de moeite waard om te lezen. Ik weet niet bijster veel over 3 Torens, mogelijk houdt deze opmerkelijke naam verband met de drie steden die op hun website expliciet in verband worden gebracht met het lidmaatschap van de club. Ik citeer: 3-Torens is dè schaakvereniging voor iedereen uit Bleiswijk, Bergschenhoek en Berkel en Rodenrijs. Verder valt nog op dat 3 Torens qua hoogte van de contributie penningen op de eerste plaats in het RSB klassement prijkt, te weten € 140,-. Door dit feitje achteloos te vermelden schaar ik mij volgens de beroemde Ierse schrijver Oscar Wilde meteen onder de cynici. Wilde zei namelijk ooit…  Cynicus: iemand die overal de prijs en nergens de waarde van kent.  
                       
De bijzaken …
Dan is het inmiddels de hoogste tijd geworden om ons bezig te gaan houden met de bijzaken. Ik geef het verloop van de bijzaken in chronologische volgorde weer, en maak gebruik van de actuele KNSB ratings (feb. 2016). Zoals eerder vermeld mocht ik maandag wedstrijdleidertje spelen, en ik kan u melden dat de wedstrijd geen ongeregeldheden kende, en ik daardoor een zeer gemakkelijke avond kende. Zo gemakkelijk zelfs dat voorafgaand aan de wedstrijd de helft van het wedstrijdformulier ingevuld werd door teamleider Erik Smits (namen en KNSB nummers 3 Torens spelers), waarvoor nogmaals mijn dank!   

Er even inkomen …
Daan van Loenen (1603) maakte na een afwezigheid van enkele jaren zijn rentree in een RSB wedstrijd (basisspeler F.G. Maas had een vrije avond, F.G. moest nog bijkomen van zijn succesvolle tienkamp in het Tata Steel Chess Tournament). Om er even in te komen wilde Daan graag aan een laag bord beginnen, dat werd dus het witte bord 8. Tegenstander Joeke Nijboer is nog ongerated en moet dus nog de fijne kneepjes van het schaakvak leren. Grote pech voor Joeke dat hij uitgerekend aan bord 8 juist te maken kreeg met de op één na hoogst gerate speler van HZPS 2. De zwarte ellende begon al na een kwartiertje spelen. Nadat Joeke iets op e4 had geslagen met de dame, speelde Daan het rustige Te1. De zwarte koning stond nog op e8, en dan is Joeke opgezadeld met een berucht schakers fenomeen… het zogenaamde “O ja, da’s waar ook” gevoel. Niet veel later valt Daan met paard g6 de toren op h8 lastig, Joeke ‘redt’ de toren door deze op h7 te plaatsen, de ‘redding’ rekte het leven van de toren met precies één zet. Na loper g8 kreeg Joeke wederom te maken met het “O ja, da’s waar ook” gevoel. Nog enkele zetten later kwam de zwarte koning in een ongehoord kruisvuur terecht en dat was voor Joeke het signaal om de stekker er uit te trekken. Er gloort echter hoop voor Joeke: een Friese voornaam in combinatie met de achternaam Nijboer zijn beloftevolle ingrediënten voor een prima schaakcarrière zie Friso Nijboer. Het was dus vroeg in de avond (voor negenen) dat HZPS 2 op voorsprong kwam, helaas ook het enige moment.
1-0

Daan... rentree


De stem van Aad of God?   
Aan het witte bord 6 speelde Jan Verveen (1375) tegen Tony Tang (1354). Nadat beide heren kort gerokeerd hadden, koos Tony voor de aanval. Zwart kreeg een pion op f3 en liet spoedig g5 volgen. Jan moest in deze fase nauwkeurig te werk gaan, en deed dat naar behoren. Nadat Jan er in slaagde de dames af te ruilen, werd de zwakte van de witte pion op f3 meteen duidelijk, deze werd geruisloos opgebracht. Tony zag de bui al aankomen en bood in allerijl remise aan. Het eerder besproken ‘moment of fame’ van ondergetekende diende zich aan. Enfin, gezien de stand op de overige borden en niet onbelangrijk, de gebiedende stem in mijn hoofd “DOORSPELEN” had ik geen andere keus dan het lot in Jan zijn handen te leggen. Na torenruil werd Tony ook nog eens opgezadeld met een geïsoleerde dubbelpion op de d- lijn. Verder had Jan een paard en Tony een loper. In dergelijke eindspelen gaat het om de activiteit van de koningen. De zwarte koning liep onmiddellijk richting centrum, terwijl Jan op het afgrijselijke idee kwam om zijn paard richting het centrum te spelen. Nu werd de verst vooruitgeschoven d- pion van zwart nog gevaarlijk ook! Het paard alleen vermocht niets tegen de pion en koning, sterker nog het paard moest van ellende geofferd worden. Aangedaan gaf Jan op… en om nu wat zout in de open wond te strooien, vertelde ik Jan dat hij met zijn koning naar d3 had moeten lopen. Daarna bleef ik angstvallig en schuldbewust uit zijn buurt.
1-1

Jan (rv) geslachtofferd?


Op verschillende andere borden hadden zich inmiddels ook al rampen van verschillende aard voorgedaan. Ook waren er rampen in wording te ontwaren. Deze rampzalige ontwikkelingen ‘overkwamen’ zowel onze als de ‘vijandelijke’ spelers. Kennelijk waren er meerdere spelers met gehoorhallucinaties of naar zij dachten ingevingen van Goddelijke aard…

Here is your captain speaking …
Playing team captain Gerard Turkenburg (1582) had zichzelf aan het zwarte bord 1 gepositioneerd. Arjen Hofman (1635) was op rating licht favoriet. Gerard kwam wat ongemakkelijk uit de opening, de witte opstoot e5 en een zet later e6 frustreerde de zwarte ontwikkeling. Omdat Gerard sloeg op e6 kwam daar een vervelende witte loper terecht. De zwarte koning had nog niet gerokeerd, en dus moest die vervelende witte loper verjaagd worden. Toen deze sta-in-de-weg eindelijk van zijn plek werd verdreven was de weg vrij voor de lange rokade, en waren de ergste problemen voorbij voor zwart. De dames gingen eraf, en toen er een viertoren eindspel met daarbij voor ieder nog een loper van ongelijke signatuur en een aantal pionnetjes overbleef, leek het spelletje op een regelrechte remise uit te draaien… De stilte werd ruw onderbroken, het was Gerard die met luide stem zichzelf aan het vervloeken was. Zomaar uit het niets deed Gerard zijn loper en daarmee de partij cadeau!   
1-2

Gerard legt uit ...


Gratis af te halen …
Hans Schrumpf (1498) mocht aan het witte bord 2 aantreden tegen collega verslaggever Ronald Damhuis (1790), en had daarmee de hoogst gerate tegenstander te pakken. Beide heren rokeren kort en Hans gaat met f4 richting de overkant. In het verleden zag Hans nog wel eens een vroegtijdige combinatie mislukken vanwege zwarte dame tussenschaakjes. Om dit nu te voorkomen werd de witte koning voortijdig geëvacueerd naar het veilige hoekje h1. Ronald had zijn koning beveiligd met een koningsloper fianchetto. We zijn op de 14e zet wanneer Hans een “O ja, da’s waar ook” ervaring ondergaat. Op veld d4 stond namelijk een zogeheten ‘ongedekt’ paard, de zwarte loper op g7 annexeerde het argeloze beestje dankbaar (wel zonder schaak!). Hans natuurlijk in alle staten, behalve de goeie. Om er dan maar helemaal een ‘gratis af te halen’ situatie van te maken, werd op f5 nog een toren cadeau gedaan. De zwarte koningsstelling was nu wel wat uit elkaar getrokken, maar dit torenoffer was vrij kansloos. Bij Ronald bleef het kennelijk stil in het hoofd, en dat had weer tot gevolg dat zwart op geheel eigen inzicht een einde aan Hans’ illusies en de partij maakte … 
1-3

Hans... alles moet weg!


Underdog?
David van der Vloed (1626) is van de basisspelers van team 2 sinds 1 februari de man met de hoogste rating, chapeau! Aan het zwarte bord 3 kreeg David te maken met Zenun Cormehic (1699). David kwam goed uit de opening, maar zette voort met het onjuiste plan. I.p.v. cxd4 te doen liet David wit slaan op c5, waarna deze pluspion door Zehun met b4 kon worden gedekt. David stond nu zonder compensatie een pion achter, maar zoals mij al eerder is opgevallen met David: slecht uit de opening komen betekent vaak, in RSB verband tenminste, de partij toch nog winnen. David manoeuvreert zich waarschijnlijk expres in de underdog positie. Na veel getouwtrek en ruil ontstaat een stelling van zware stukken en voor ieder een loper van de tegengestelde kleur, Zehun heeft nog zeven pionnen David nog zes. De strijd speelt zich af in het centrum, en door even niet bij de les te zijn verblunderde Zehun zijn loper. Even lijkt de toren van David ingesloten te zijn, maar dat kan door een listig tussenzetje worden voorkomen. Vanwege de vele pionnen is de winst nog niet zo eenvoudig, maar David vindt het juiste plan en schuift de partij keurig naar winst!
2-3

David... juiste plan


Noodlanding …
Het zwarte bord 7 werd bemand door Marco Zwanenburg (1409), zijn tegenstander was Hans Kunnen (1314). De heren besluiten hun partij gedegen op te zetten, en een lange periode van manoeuvreren en laveren breekt aan. Nadat Hans de pion die eerst op d3 stond besluit naar d4 te spelen beginnen de schermutselingen. De dames worden geruild, en Hans behoud het loperpaar. Het probleem van zwart zit hem in de witte vrije a- pion. De zwarte damevleugel komt niet erg uit de verf door de druk die beide witte lopers uitoefenen. Wanneer Hans er in slaagt de b- pion langs de zwarte c- pion te loodsen, stomen er plots twee verbonden vrijpionnen op. Het ziet er slecht uit voor Marco. Doordat de loper van wit op a7 terecht komt en gedekt is door de witte pion op b6, krijgt Marco de kans om deze loper met een paard eraf te slaan, hiermee zijn de twee vrijpionnen getransformeerd naar twee a- pionnen, en dat speelt plots een stuk aangenamer voor Marco. Na nog wat ruil blijft er een viertoren eindspel over, plus voor beide spelers vier pionnen. De heren tekenen de vrede, en Marco is duidelijk opgelucht want het zag er lange tijd erg slecht uit.
2½-3½

Marco... pittig avondje!


Dressuur …
Dick Vons (1597) speelde met wit aan bord 4. Tegenstander was captain Erik Smits (1505). In een overbekende opening liep Erik op veld d5 een iso op. Altijd de vraag of ‘ie sterk of zwak gaat worden. Het kritieke punt in de wedstrijd lag hem in het feit dat Dick hardnekkig weigerde te rokeren. Dit gaf nare consequenties, Hans zette uitstekend druk op veld c3. De witte koning werd naar f1 gedwongen en vervolgens naar g1. De toren stond op h1 niet zo lekker. Dameruil brengt wit verlichting, en met g3 en koning g2 kwam de toren tot leven. De iso op d5 was inmiddels geruild, en beide heren hadden een toren + paard en nog vijf symmetrische pionnen (a, b, f, g en h). Toch slaagde Dick erin om zijn toren naar de 7e rij te dirigeren, bovendien deed het witte paard ook actief mee. Erik moest opletten voor mat achter de paaltjes (toren moest 8e rij verdedigen) en het zwarte paard was een beetje verdwaald op en in de witte damevleugel. Dick ging nu sowieso een pion winnen, en dat werd de a- pion. Winst leek aanstaande. Op het moment dat Dick besloot de torens te ruilen vreesde ik al voor de witte winstkansen. Paardendressuur is een ongelooflijk moeilijke discipline… Erik speelde het uitstekend, en slaagde erin om al zijn pionnen te ruilen. Dick beschikte nu op de g- lijn over zijn pluspion. Het simpele zwarte plan is dan natuurlijk het paard te geven voor zo’n pion, en dat lukt bij het juiste spel altijd, het juiste spel is dan natuurlijk er wel voor te zorgen dat de verdedigende koning in de buurt van het promotieveld staat, en het verdedigende paard daar ook ergens in de buurt is… Jammer voor Dick, maar helaas.
3-4

Dick... winst ergens laten liggen


Welles, nietes, welles, nietes …
Voor onconventionele partijen moet je natuurlijk bij Leo Pletikosic (1471) zijn. Aan het zwarte bord 5 zag Leo Jan Breugem (1362) tegenover hem plaats nemen. Leo probeerde Jan te verleiden tot een gambietje, maar Jan bedankte vriendelijk. De partij kwam hierdoor in rustig vaarwater terecht, niet echt Leo zijn ding. De dames verlieten vroegtijdig het bord, en om verder te komen ging Leo risico’s nemen. De twee zwarte achterblijvertjes op d6 en b6 bleken de zorgenkinderen. De d- pion legt inderdaad het loodje, maar daar krijgt Leo een gevaarlijke vrije b- pion voor terug. Jan heeft een toren, paard en vier pionnen, Leo een toren, loper en drie pionnen. In deze fase verliest Leo de grip op de stelling, en ziet zijn troef op b4 verloren gaan. Nu rest een toreneindspel van vier tegen twee pionnen, deze staan wel op dezelfde vleugel. De tijdnood begint te spreken, en inmiddels is dit de laatste partij met als onvermijdelijk resultaat dat het een publiekspartij wordt. Jan slaagt erin om een vrijpion te creëren, maar laat deze te ver opstomen, waardoor deze verloren gaat. Jan blijft hardnekkig op winst spelen en neemt hierin teveel risico. Leo mist een flinke winstkans, daarna blijven beide heren met de toren en een pion nog even doorrommelen, de remise is echter onafwendbaar.
3½-4½

Leo (r) spannend tot het eind


Moeilijk, moeilijk,
moeilijk
Tja, en zo is er eind gekomen aan de magische zegereeks van HZPS 2 die zowel vriend als vijand in verwarring bracht. Het wordt nu de hoogste tijd dat er een ingelaste bestuursvergadering gaat worden belegd. Immers, gaan we voor het kampioenschap, en sturen we dan een berichtje naar Arrian Rutten dat we niet willen promoveren (met het risico, dat deze daar nu niet meer intrapt), of omzeilen we deze klip gewoon en verliezen we de laatste twee wedstrijden? Moeilijk, moeilijk, moeilijk…

Verslag: Aad Juijn
Fotografie: Frans Groeneweg  





De Pionier 2 - HZP Schiedam 2   2½ - 5½ (ronde 4)

Van Pionier naar Pionier…
Onze club houdt domicilie in seniorencomplex “de Pionier” in Schiedam-Zuid, en in de 4e ronde stond de uitwedstrijd tegen de Pionier 2 op het programma. Voor het ingaan van die 4e ronde stonden beide teams gedeeld nummer een, met de volle 100% aan behaalde matchpunten, en 100% gelijk in bordpunten. Qua ledenaantal met KNSB rating ontlopen beide clubs elkaar ook nauwelijks, 24 (de Pionier) tegen 25 (HZPS) stuks. Beide teams hebben wel een groot verschil wat doelstelling betreft, hetgeen mij (Aad Juijn) donderdagavond na afloop van de wedstrijd ‘stevig’ duidelijk werd gemaakt, maar daarover later meer…

HZP Schiedam 2, ik heb in zo’n beetje alle voorgaande verslagen mijn verbijstering neergeschreven wat betreft de behaalde resultaten van dit wonderlijke team, dat in de drie voorgaande wedstrijden met een rating gemiddelde speelde van eenmaal 1472 en tweemaal 1421. In deze 4e ronde moest als gezegd tegen medekoploper de Pionier 2 worden aangetreden, en deze maal presenteerde het team zich met het tot nu toe dieptepunt aan rating gemiddelde, te weten 1410(!) punten. Van de vier wedstrijden tot nu toe hebben we drie uitwedstrijden achter de kiezen, zoals u kunt verwachten zijn het deze uitwedstrijden waar we de laagste notering op gemiddelde rating realiseerden. Invallers dus… Hans Schrumpf (1506) had al ruim van te voren aangekondigd verhinderd te zullen zijn. Jan Verveen (1345) was door drukke werkzaamheden ook al verhinderd. Teamleider Gerard Turkenburg belde mij ’s middags op de wedstrijddag om een uur of vijf op met de mededeling dat Leo Pletikosic (1448) niet op tijd zou kunnen arriveren. Leo was om niet nader bekende redenen een dagje in Scheveningen. Na onderling beraad belde Gerard de schaarse mogelijke kandidaten voor een donderdagavondje schaken in het ‘mysterieuze’ Hellevoetsluis. Om zeven uur zou ik thuis opgehaald worden door David van der Vloed, vijf voor zeven ging de huisbel af. Gerard aan de deur… “kom binnen”, was mijn reactie. Gerard had enkele malen de moeder van ons (enige) jeugdlid Diëgo Kaersenhout (1006) gebeld, echter zonder resultaat. Vlak voor zeven uur kreeg Gerard haar dan eindelijk te ‘pakken’. Diëgo mocht mee op voorwaarde dat hij zou worden gehaald en gebracht. Mooi zo! Jan Hennevanger (1094) had al eerder toegezegd in te vallen. Rest nog één invalkracht, en dat was meteen ook niet de minste. Cees Verhagen (1845) is een vaste basisspeler van het eerste, maar kon door twee ingrijpende operaties dit seizoen niet als basisspeler voor het eerste (1e klasse) worden opgegeven, immers het verloop van Cees’ herstel liet zich in het begin van het seizoen niet voorspellen. Cees voelt zich inmiddels goed genoeg om weer rustig wat spelervaring op te doen, en waar kan zoiets beter dan in het tweede?

… het ‘mysterieuze’ Hellevoetsluis    
Helle...
Tja, voorafgaand aan deze wedstrijd vroeg ik mij af waar die merkwaardige naam Hellevoetsluis zijn oorsprong vind. Zeg nu zelf, de naam heeft onmiskenbaar iets onheilspellends in zich, met name de verwijzing naar de hel of helle. In Wikipedia is veel interessants te vinden over de geschiedenis van Hellevoetsluis, helaas over de herkomst van de naam zwijgt men daar in alle talen. Na enig speurwerk kwam ik op een website terecht die wel op de herkomst van de naam ingaat, ik citeer: “Een sluis aan de voet van de Helle. Helle zou een oude Keltische of Germaanse naam zijn voor de Noordzee. De Romeinen noemden het gebied waar de Maas en de Waal gezamenlijk in de zee uitmondde Helinium. De zee zou gelijk staan aan de Hel, ofwel de onderwereld. Sommige bronnen spreken over Holda of Helle, de Germaanse godin van de vruchtbaarheid. In de Noordse mythologie is Hel de doodsgodin. Beide worden ook weer in verband gebracht met de Keltisch-Germaanse godin Nehalennia. Zij was de beschermgodin van de vissers en de zeelui. En met vruchtbaarheid en de dood komen we terug bij de Noordzee. De zee geeft en de zee neemt. In het verleden is Hel(le)voet ook gekoppeld aan de plaats waar de zielen van der overledenen werden verscheept naar de onderwereld. Dit zou volgens onderzoekers één van de oudste sagen van Nederland kunnen zijn. De eindbestemming was in de meeste gevallen Brittia, een land waarmee het huidige Engeland wordt bedoeld. En laat dat nu een land zijn met een wel zeer rijke spook-traditie. Tot zover een etymologische verklaring voor de naam Hellevoetsluis. Een stad aan het Haringvliet met een dus wel redelijk vreemde geschiedenis…

“En spoken doet het er ook” …
"spookverhalen" ...
Jawel, dat staat er echt! Het verhaal over Hellevoetsluis gaat verder over de vele ‘geesten’ die Hellevoetsluis onveilig ‘schijnen’ te maken. Als u wilt weten hoe dat precies zit en vooral ook waar u dus niet moet komen in deze ‘spookstad’ dan kunt u het gehele artikel hier op uw gemakje uitpluizen, en wat betreft de Hellevoeters (zo willen de Hellevoetsluizenaren aan worden geduid) onder de lezers, die kunnen naar aanleiding van het artikel overwegen of een verhuizing naar een andere gemeente nog ’n idee is… De grote geruststelling voor ons Schiedammers was na het lezen van deze “spookverhalen” het feit dat schaakvereniging de Pionier zijn wedstrijden tegenwoordig afwerkt in… jawel, een kerk (Petrakerk). Wij werden deze avond dan ook niet lastig gevallen door ongewenste of zelfs kwaadaardige entiteiten, hoewel Pionier 2 speler Bonne Faber na afloop van de wedstrijd wel ’n tikje ‘bezeten’ indruk maakte, hierover kom ik nog terug na de partijbesprekingen.

De wedstrijd…
Wazigheid troef aldus ......
Op 9 december kreeg onze wedstrijdleider David van der Vloed een mailtje van de teamleider van de pionier 2 (Peter Derrez) met het verzoek om bord een en drie vooruit te laten spelen. Dat zou dan op maandag 14 december bij ons moeten plaats vinden. Het ongelukkige toeval wilde dat wij die dag het traditionele Kersttoernooi gepland hadden staan. Wie de grootte van ons speellokaal en vooral ook de mentaliteit van onze leden kent, weet dat het houden van een snelschaak Kersttoernooi bij ons al een toestand op zich is, en daarbij dan nog twee serieuze RSB wedstrijden plaats laten vinden staat ongeveer in verhouding als met een groep ADHD kinderen de stilteruimte van de Bibliotheek bezoeken, en verwachten dat zoiets geen problemen gaat geven. De twee spelers in kwestie bleken voorzitter Fred van Wieringen (1690) en Alex van Wieringen (1604) te zijn. Ook kon de Pionier 2 geen beroep doen op Frans Troost (1672), een flinke aderlating dus in deze belangrijke wedstrijd. De strijd om de voorlopige 1e plaats ging tussen twee teams die qua gemiddelde rating deze ronde op de plaatsen zes en zeven zouden moeten staan (de Pionier 2, 1452 en HZPS 2, 1410) … Voordat we naar de partijbeschouwingen gaan, nog even mijn excuses voor de ‘kwaliteit’ van de foto’s. In alle hectiek had ik bij mijn vertrek mijn computerbril nog op, en vergat ik mijn normale bril. Zo’n computerbril heeft een scherp zicht van ongeveer één meter, daarna wordt het zicht één grote blur. Personen en achtergrond gaan dan min of meer in elkaar op! Wazigheid troef aldus …

Vluggertje …
Aan het 4e bord met zwart speelde Dick Vons (1577) tegen Ben Blakmoor (1701). Een aanzienlijk ratingverschil springt in het oog, Ben een dikke 100 punten meer. De spelers gebruiken flink de tijd, en de partij komt langzaam op gang. Het is Ben die over wat meer ruimte beschikt, Dick stelt zich terughoudend op. Wanneer beide heren hun ontwikkeling hebben voltooid, en de stukken klaar staan om tot actie over te gaan, zijn er 13 zetten gespeeld. Het is pas half tien en volkomen onverwacht besluiten de heren plots tot een puntendeling… Gezien het ratingverschil en het feit dat Dick zwart had moet deze welkome transactie in ons voordeel vertaalt worden…
½-½    

Dick, vlotte remise ...


Veni, vidi, vici …
Aan bord 3 met wit speelde David van der Vloed (1578) tegen Bonne Faber (1567), een te verwaarlozen ratingverschil aldus. De heren rokeerden kort. Bonne zette de zaak voorzichtig op. Misschien wel te voorzichtig, David kwam vrij snel opzetten met beide paarden. Bonne levert een centrum pion in, en nu heeft David weliswaar een geïsoleerde d- pion, maar dit is wel een vrijpion. Na de dameruil is er van enig tactisch  zwart gevaar geen enkele sprake meer. Toen Bonne even later meende zijn kans schoon te zien om het pionnetje terug te winnen, overzag hij een ‘kleinigheid’. David had namelijk een gemeen trucje in de stelling weten te weven, dit trucje leverde uiteindelijk een volle loper op! En tja … er restte Bonne weinig anders dan de handdoek te gooien …
½-1½  

David ... vlotte winst!


Teamleiders onder elkaar …
Gerard Turkenburg (1540) zag achter de witten gezeten (bord 1) zich geconfronteerd met collega teamleider Peter Derrez (1598). We hebben Gerard laatst met zwart tijdens zijn invalbeurt in team 1 zien afrekenen met Andrzej Pietrow (2019), vertrouwen alom. Peter bediende zich met een dubbelfianchetto tegen de onorthodoxe opstelling van Gerard. Wit komt duidelijk beter uit de opening, de zwarte stukken staan elkaar wat in de weg. De halfopen f- lijn werkt ook al in het voordeel van wit en zorgt ervoor dat door de druk op f7 de zwarte stukken gebonden zijn. Om enigszins onder de druk uit te komen offert Peter een kwaliteit. Nu opent Gerard de aanval op de koning, en doet dat via de h- lijn. Doordat een witte loper op f6 staat krijgt Gerard de kans om met een dameoffer op h7 ondekbaar mat te dreigen. Na koning maal dame komt een witte toren op de h- lijn waarna het op h8 mat is … Fraai gespeeld!
½-2½  

Gerard in grootse vorm!


Geheim wapen …
Aan het zwarte bord 2 speelde het geheime wapen Cees Verhagen (1845). Cees wilde weer wat ervaring op doen na zijn gedwongen rustperiode in het ziekenhuis. Tegenstander was Michiel Landman (1577). Cees bediende zich van een mengelmoesje dat iets van Pirc, Karo-Cann en Frans weg had, foeilelijk om te zien in ieder geval. Michiel probeerde wat op de koningsvleugel, en begon daar met ruimte te pakken. Cees was aangewezen om zijn heil op de halfopen c- lijn te zoeken, in combinatie met een minoriteitaanval. De lopers waren vlotjes naast het bord beland, en de paarden volgden niet lang daarna. Toen ook de dames het veld ruimden had wit enige zwakke pionnen opgelopen, maar een 4- toren eindspel kan zomaar in remise eindigen, al heb je twee pionnen voor. De kudos moeten gezien het grote ratingverschil toch uitgaan naar Michiel. Het ratingverschil komt bij het schaken zeer vaak aan het licht in het eindspel, zo ook hier. Cees speelde het lastige eindspel geduldig uit, links en rechts liet wit kleine steekjes vallen die hem uiteindelijk fataal werden. Cees beloofde mij en vooral zichzelf deze zwarte gekkigheid in de toekomst niet meer te spelen …
½-3½

Cees ... terug van weggeweest 


Matchwinner …
Aan het zwarte bord 6 speelde Marco Zwanenburg (1367) tegen Jan van Baardwijk (1429). Vanuit de opening heeft Marco wat minder ruimte. Jan heeft een dubbelpion op de e- lijn waarvan het verst opgeschoven exemplaar op e5 is terechtgekomen. Deze pion is nog niet gedekt door de f- pion en is aan de ene kant hinderlijk maar aan de andere kant kwetsbaar. Op een wit onbewaakt moment gaat deze pion plots verloren. Van lieverlee verdwijnen vele stukken van het bord, en resteert een eindspel van zeven tegen zes pionnen en voor beide heren een paard. Marco heeft op de damevleugel de overtal situatie van twee pionnen tegen één pion. In dit eindspel dat als één van de moeilijkste soort eindspelen bekend staat is het zaak om als verdediger zo actief mogelijk te spelen. Jan verkiest echter voor een passieve verdediging en blijft achterin hangen met koning en paard. Een dergelijke benadering gaat zo goed als altijd fout. De zwarte koning en het paard rukken tezamen met het tweetal pionnen op de damevleugel op. De hoofddreiging is onder opoffering van de pluspion een paardruil af te dwingen, om daarna met de zwarte koning de switch te maken naar de onbeschermde pionnen op de koningsvleugel. Jan besluit de paarden niet te ruilen maar dan komt het zwarte paard plots op de koningsvleugel terecht alwaar deze straffeloos enkele pionnen kan consumeren … 
½-4½

Marco ... Matchwinner!


Paardenmiddel …
Met wit aan bord 5 speelde F.G. Maas (1447) tegen Wim Noordermeer (1581). Een flink ratingverschil wederom. F.G. was onze topscorer vorig seizoen, en bovendien de enige basisspeler die geen enkele maal tegen de nul aanliep, en dat allemaal in de 2e klasse. Waarom deze feiten niet zozeer in de rating zijn terug te zien is ook mij een raadsel. De rustige stijl en het enorme surplus aan geduld zijn de voornaamste kwaliteiten van F.G. Wanneer wit de ruimte pakt op de damevleugel en zwart in het bezit is gekomen van de halfopen f- lijn beginnen de contouren van het wedstrijdverloop zich af te tekenen. De heren hebben beide kort gerokeerd, en Wim besluit met paardenmiddelen ijzer met handen te breken. Een van de zwarte paarden waagt zich te diep in de witte stelling, F.G. heeft zeer scherp gezien dat het ongelukkige beest niet meer op tijd kan wegkomen. Het paard gaat eraf in ruil voor twee pionnen. Er volgt dan nog een lange weg naar winst, maar zoals gezegd geduld is één van de specialiteiten van huize Maas …
½-5½

F.G. geduldige winst!

  
Bijna …
Invalkracht Diëgo Kaersenhout (1006) mocht het aan bord 7 opnemen tegen de enig vrouwelijke deelnemer Sheila de Jonge-Spiering (1446). Het rating surplus is overduidelijk in het voordeel van Sheila. In de opening begaat Diëgo een ‘onnauwkeurigheidje’ dat meteen afgestraft wordt door een kleine combinatie, pion e4 is dan verloren. Dit pionverlies gaat gepaard met een grootscheepse afruil, een eindspel van vier torens en voor beiden een witveldige loper blijft over en daarbij zeven zwarte en zes witte pionnen. Een lange weg te gaan … De torens verlaten het bord, en Diëgo onderneemt een winstpoging door met de koning richting zwarte koningsvleugel pionnen te wandelen. Inmiddels is de vrije c- pion van Sheila zo ver opgerukt dat de witte loper zal moeten worden geofferd. In deze fase heeft Diëgo echter nog maar één minuut om de boel op juiste waarde in te schatten. Het ontgaat Diëgo dat hij kan afwikkelen naar een remise eindspel omdat Sheila de verkeerde kleur randpion (het promotieveld a1 is zwart en de velden van de loper zijn wit) over zal houden. Diëgo besluit zelf zijn vrijpion op de koningsvleugel naar de overkant te jagen, en zo zwart te dwingen de loper te offeren. Hetgeen gebeurt, maar nu kan de zwarte koning de witte a- pion ophalen en met de zwarte a- pion te gaan promoveren, de witte koning is twee zetten te laat! Ondanks het snelle verlies van de e- pion, hardnekkig gespeeld Diëgo!
1½-5½

Diëgo ... hardnekkig gespeeld


… en nog een keer bijna!
Aan het zwarte bord 8 speelde invalkracht Jan Hennevanger (1094) tegen Martijn van Dam (741). Het ratingverschil is ook hier aan de zeer zware kant. Aanvankelijk leek Jan op rozen te zitten, Jan won al vrij snel de centrumpion e4. Bovendien kwam Martijn niet tot ontwikkeling, de loper op c1 en de toren op a1 stonden volledig ingegraven. Beide heren hadden inmiddels wel kort gerokeerd. Toen wit ook nog eens besloot om zijn pion naar g4 te spelen, waren de rapen gaar. Jan offerde zijn paard op g4 en verkreeg nu drie pionnen voor het stuk, wit zat ook nog eens met een koningsruïne. Met dame en loper probeerde Jan het karwei af te maken, maar dat lukte niet, er had een zwarte toren bijgehaald moeten worden. Na afloop van de partij leek dat Jan te langzaam. Toch had zo’n toren kunnen voorkomen dat de witte dame op g3 terecht kwam. Nu ging het na dameruil bergafwaarts met de kansen voor Jan, de een na de andere zwarte pion viel, Martijn nam het initiatief volledig over. Tot overmaat van ramp moet Jan ook nog een toren offeren om de witte vrije c- pion zijn rol als nieuwe dame te ontnemen …
2½-5½

Jan ... bijna!


De afterparty …
Bonne ... kritische noot
 (foto de Pionier)
Na afloop van de wedstrijd werd ik op het (schaak)matje geroepen door Davids tegenstander Bonne Faber … Bonne liet mij duidelijk weten dat “de gang van zaken” toch eigenlijk niet zo fraai was. “Jullie vragen in het begin van het seizoen een vrijwillige degradatie aan, en vervolgens winnen jullie alles in de 3e klasse”, het is toch ergens ’n vorm van competitievervalsing”. Tja … ik kwam niet verder dan Bonne te wijzen op onze gemiddelde rating, en dat zo’n team met de huidige rating niets te zoeken heeft in de 2e klasse. Dat we alles winnen is voor mij ook een heel groot raadsel, probeerde ik Bonnes gedachtewereld nog wat te beïnvloeden. Vergeefs… er zaten nog meer issues bij Bonne die nu opspeelden. Uitgerekend vanavond in zo’n belangrijke wedstrijd, vervolgde Bonne, spelen we met drie invallers. Voorzitter Fred en zoon Alex van Wieringen zijn Feyenoord supporters, en zij hebben van Fred zijn dochter vrijkaartjes voor de bekerwedstrijd van vanavond tegen Willem 2 gekregen! Bonnes ogen lichtten even kort op terwijl hij het zinnetje “ik hoop dat Feyenoord verliest” uitsprak. Bonne ging nog verder met zijn relaas … “en dan missen we ook nog Frans Troost”. Tja … wat ’n raar soort van toevalligheid allemaal. Even lag de voor de hand liggende opmerking “ … zonder Frans Troost heb jullie inderdaad een ‘Troosteloos’ team” op mijn tong, ik kon mij echter juist op tijd inhouden. Bonne relativeerde zelf nog met de troostrijke opmerking dat de nummer twee ook promoveert …

PS. Feyenoord wist de bekerwedstrijd tot overmaat van ramp met 2-1 winnend af te sluiten.

U leest het verslag door Pioniersogen bezien… hier.

De volgende wedstrijd staat op maandag 1 februari te gebeuren, thuis tegen 3- torens 2. Ik wens u allen prettige Kerstdagen en een heel goede jaarwisseling toe! En voor Bonne spreek ik de vurige wens uit dat Pionier 2 de drie resterende wedstrijden winnend afsluit! Het goede nieuws voor Bonne is dat de volgende bekerwedstrijd van Feyenoord zal worden gespeeld op 3 februari, terwijl de Pionier 2 zijn volgende wedstrijd op 4 februari heeft!

Verslag/Fotografie: Aad Juijn       


W.S.V. 3 - HZP Schiedam 2   3½ - 4½ (ronde 3)


... volle maan
Zijn er avontuurlijker, leuker, romantischer of voor de pragmatisten onder ons nuttiger bezigheden te bedenken dan bijvoorbeeld onder het toeziend oog van de heldere zilverwitte volle maan, op een ijskoude donderdagavond ergens achterin november als schrijvend personeel ingescheept te zijn op piratenschip “ ’t Swarte Paerd II ” , met als klap op de vuurpijl eindbestemming Waddinxveen? Het juiste antwoord is natuurlijk een open deur, en kan ondubbelzinnig met een volmondig JA beantwoord worden. Zo uit de losse pols zou ik al een stuk of vijf A 4-tjes vol kunnen kalken met bezigheden die sowieso aantrekkelijker zijn. Wanneer ik er echter eens goed voor zou gaan zitten, kom ik waarschijnlijk uit op een boekwerk dat qua omvang gemakkelijk kan wedijveren met de “Dikke van Dale”. Het intro zal bij u logischerwijs de vraag doen opkomen…

“Waarom ga je in hemelsnaam dan ook mee?”...
Boris Karloff...
Daar kan ik een tweetal motivaties op geven. Om te beginnen: Als prepuber had ik al een spanningsveld met het fenomeen morbiditeit. In de jaren ’60 was televisie kijken iets anders dan tegenwoordig, ‘enge’ films hadden bijvoorbeeld nog geen leeftijd kijkwijzer. Zo kon het gebeuren dat ik op ongeveer tienjarige leeftijd mocht kijken naar de oude zwart/wit films van bijvoorbeeld graaf Dracula (Béla Lugosi) en het monster van Frankenstein (Boris Karloff). Steevast trad hetzelfde voorspelbare patroon op, toch willen kijken maar er vervolgens niet van kunnen slapen… Tegenwoordig hoef ik geen ‘enge’ films meer te zien, het gezelschap opzoeken van het tweede voldoet ruimschoots aan mijn behoefte van het eerder beschreven patroon. De partijen die door de combattanten van “ ’t Swarte Paerd II ” ten tonele worden gevoerd hebben, voor mij althans, een zeker ‘horror’ gehalte in zich. Niets is wat het lijkt, gewonnen staan kan veranderen in verloren komen te staan en vice versa. Voorspelbaar is de uitslag van de wedstrijd dan ook allerminst, wie had er zelfs maar durven dromen dat we na drie wedstrijden de volle 6 matchpunten te pakken zouden hebben. De tweede motivatie ligt in het feit dat onze in het tweede spelende wedstrijdleider extern David van der Vloed tevens voorzitter van mijn fanclub is. David benaderde mij enkele weken geleden met de vraag de vaste geschiedschrijver van het tweede te willen zijn (voor dit seizoen dan tenminste). Ik zal open kaart met u spelen… voor een vriendenprijsje dan wel een fooi ter waarde van slechts € 250 heb ik toegezegd. Het lijkt misschien een respectabele vergoeding, maar u als rechtgeaard schaker weet als geen ander dat enkele bezoeken aan de psychiater behoorlijk prijzig zijn. In deze tijden waarin de verplichte eigen bijdrage in de zorgkosten zijn vastgesteld op € 385 (2016) kom ik er dus geenszins gunstig van af, sterker nog er moet geld bij. Bovendien kom je na een avondje ‘tweede’ volledig verward thuis, m.a.w. de constante dreiging van een scheiding hangt als het zwaard van Damocles boven mijn hoofd. Ook hier geldt weer: een scheiding is tegenwoordig geen goedkope zaak. Ik vertrouw erop dat u nu beter begrijpt dat deze ‘vergoeding’ dan ook meer als een symbolisch gebaar gezien moet worden.

Zelfs de voortekenen waren niet wat zij leken te zijn…
10 minuten te laat
Onze misschien wel meest tot de verbeelding sprekende speler Hans Schrumpf was helaas verhinderd, en voor Hans was secretaris Jan Hennevanger bereid gevonden in te vallen. David (van der Vloed) excuseerde zich dat zich hij zich tien minuten te laat meldde op mijn woonadres. Voor mij geen probleem want tien minuten eerder in Waddinxveen zijn geeft je leven toch ook niet die extra meerwaarde. F.G. Maas alsook Jan Hennevanger zouden los van elkaar maar geheel zelfstandig de reis naar Waddinxveen ondernemen. Marco Zwanenburg zou met maatje Dick Vons de reis aangaan. Teamleider Gerard Turkenburg alias “Lepe Geerdje” zou om zeven uur Jan Verveen en Leo Pletikosic bij het clubhuis oppikken. Toen David en ik op het Schiedamse Broersvest reden rinkelde de telefoon van David. Gerard aan de lijn, Leo is er niet en ik heb geprobeerd te bellen, maar het nummer klopt niet. Oké, wij even gezocht in de papieren naar het woonadres van Leo en aan Gerard doorgegeven. Gerard ging daar langs, maar helaas. Nog even een invaller regelen liet de tijd niet meer toe… 1-0 achter dus. Leo zal ongetwijfeld een gerechtvaardigd excuus hebben, of in ieder geval moeten vinden, dat horen we maandag wel. Aangekomen in Waddinxveen adviseerde ik Gerard om de opstelling even aan te passen. Bord twee vrijlaten leek mij het gunstigst (wij zwart). In al zijn typische Brabantse wijsheid besloot Gerard bord een vrij te houden, en schoof zelf door naar bord vijf. Alles bij elkaar en met name achteraf heeft een winning coach altijd gelijk, dus zeker geen commentaar mijnerzijds. Je kunt wel zeggen dat de voortekenen bepaald niet in een voor ons gunstige richting duidden. We gaan naar het wedstrijdgedeelte, ik maak gebruik van de actuele ratings (1 nov. 2015)…

Echo…       
Normaliter zou als eerder gezegd teamcaptain Gerard Turkenburg (1540) aan bord een plaatsnemen. Het bord werd echter opgeofferd en zodoende kon Jan van der Born (1686) zich richten op de interne competitie.
1-0

Bord 1... 1-0 achter!


Agressieproblematiek?
Aan het zwarte bord 6 speelde Jan Verveen (1345) tegen Henk van Erk (1416). Met een rustige opzet pakte Jan de zaken degelijk aan. Henk had echter een andere benadering van de partij in gedachten. Na de zwarte korte rokade besloot Henk zijn koning in het centrum te houden en koos met Pf5, h4 en Th3 meteen voor een hyper agressieve koningsaanval. Jan sloeg met zijn loper het gevaarlijke paard op f5 eraf. Het wordt een compleet gekkenhuis wanneer Henk zijn paard op f7 offert. De inmiddels half open g-lijn is de doorvoerlijn der zware stukken. Het zwarte paard (!) op f6 houdt echter de boel goed verdedigd. Het is best wel peentjes zweten voor Jan, in al zijn dadendrang laat Henk echter pardoes een toren op h1 slaan door de zwarte dame. Aangezien Henk nu schaak staat gaat de andere toren die eerder niet geslagen kon worden (maar na de blunder wel) ook nog verloren… En zo trekt Jan de strijd weer in evenwicht!
1-1

Jan wint van 'super agressor' Henk... 


Eb…
David van der Vloed (1578) speelde met zwart aan bord 3. Tegenstander Theo Huijzer (1622) is aan zijn TPR van 2404 punten te zien de man in vorm. In een overbekende opening loopt David een kwetsbaar pionnetje op d6 op. Het is deze pion die voor Theo een prettig aanknopingspunt is. Het witte spel speelt vanzelf. Wanneer David deze pion met Td8 besluit te dekken (zwarte dame staat op c7) speelt Theo het voor de hand liggende maar vernietigende Df2, de loper staat inmiddels op e3. De dreiging is eenvoudigweg Lb6. Daar komt ook nog bij dat wit zijn torens op de d-lijn heeft staan. Doordat David pionnen op b7 en e6 heeft staan is de loper op c8 een hele slechte. De dames gaan eraf, pion d6 gaat verloren. David probeert het troosteloze eindspel nog naar een toren eindspel (minus een pion) te dirigeren, maar Theo weet dat netjes te voorkomen. Wanneer David nog in een trucje van Theo trapt, waarbij een stuk verloren gaat, gooit David de handdoek…
2-1

David vrij kansloze nederlaag... 


Old school chess…
Aan bord 4 (zwart) speelde F.G. Maas (1447) tegen Jan Muit (1485). De stijl van F.G. is niet zozeer spectaculair te noemen. Het spel kenmerkt zich meer door een degelijke en zakelijke benadering. Of het witte d-pionnetje nu was geofferd of gewonnen door zwart was mij niet geheel duidelijk. Feit was wel dat F.G. een gezonde pion voorstond, en bovendien meteen beschikte over een meerderheid van vier tegen twee pionnen op de damevleugel. Toen Jan ook nog op het onzalige idee kwam om zijn zwartveldige loper tegen paard f6 te ruilen was de partij in hogere zin beslist. Zwart wist ook nog een kwaliteit te confisceren. Het vervolg van de partij werd op accurate wijze, zoals we dat gewend zijn van F.G., ‘uitbehandeld’. De d-lijn werd bezet door de zware stukken, de dames geruild, en nadat een zwarte toren op bezoek kwam in de vijandelijke stelling lagen de witte pionnen voor het oprapen…
2-2 

F.G. betrouwbaar als altijd!


Tsunami...
Kapitein Gerard Turkenburg (1540) speelde aan het witte bord 5 tegen de nog ongerate Govert van Klaveren. In het favoriete systeem van Gerard verliep de opening helemaal naar wens voor wit. Meer ruimte en de stukken vonden hun velden. Wat helaas niet gebeurde was de korte rokade, en dat werd op een onbewaakt moment fataal. Govert had namelijk een gemeen trucje in de stelling met een paardoffer op c3 dat een pionnetje opleverde. Doordat zwart ook nog eens zijn loper op d3 verkreeg was de witte rokade definitief verhinderd. Een zware aanval langs de b-lijn en een vervelende vrije zwarte a-pion onder toeziend oog van de zwarte dame deed de witte koning wankelen. De druk werd zo groot dat Gerard niets anders meer zag dan zijn dame tegen twee stukken te offeren. Het bleek allemaal lood om oud ijzer. De vrije a-pion was niet meer te stuiten…
3-2

Gerard, fataal trucje


Kassa!
Aan het witte bord 3 speelde Dick Vons (1577) tegen de ongerate John Groen in ’t Wout. In een soort Philidor in de voorhand nam Dick genoegen met een behouden opzet. Na de rustige ontwikkeling van de stukken ondernam Dick toch maar actie met a3 en b4 op de damevleugel. John deed het in deze fase niet helemaal goed en zag zijn pion op b7 door een wit paard geconsumeerd worden. John besloot tegen te reageren in het centrum en kreeg daar een lastige (voor wit) pion op d4. Mede door de witte torenverdubbeling op de e-lijn moest John steeds het bekende thema van mat achter de paaltjes in de gaten houden. Op het moment dat John een paard naar het centrum speelde kon Dick deze ‘gewoon’ met de dame pakken, want wanneer de zwarte toren die op de 8e rij stond de dame zou terugslaan was het mat achter die bekende paaltjes! Even niet opgelet dus…
3-3

Dick... mat achter de paaltjes!


… van Offeren?
Aan bord 8 speelde invalkracht Jan Hennevanger (1094) met zwart tegen de man met de voor een schaker illustratieve naam Herman van Offeren (1140). In de opening ging Jan al vrij snel de fout in. De pion op c5 ging verloren omdat Jan te laat zag dat bij terugslaan een vork op b4 een stuk zou verliezen. Gedurende het verloop van de partij werd veel geruild en bleven de zware stukken en voor ieder een witveldige loper over. Herman had nog alle acht zijn pionnen en Jan telde er nog zeven. Inmiddels had Jan in ruil voor een dubbele f-pion wel dreiging met de torens op de halfopen g-lijn. Herman had zijn pion op g3 echter goed onder controle. Het verhaal werd plots anders toen Herman pardoes zijn loper in liet staan. Hierna miste Jan nog de levensgrote kans om via een torenoffer mat te geven. Ondanks de loper meer zag Jan geen kans meer om door het gesloten karakter van de stelling de partij naar zijn hand te zetten, remise was het gevolg.
3½-3½   

Jan... prima invalbeurt!


Matchwinner!
Marco Zwanenburg (1367) trad met wit aan tegen Marten Nitrauw (1200). Beide heren stellen de rokade zolang mogelijk uit. Uiteindelijk kiest Marten voor de lange rokade, en dat geeft Marco goede aanvalskansen. De a-lijn komt open en de b-lijn is halfopen, bovendien slaagt Marco erin om een ijzersterk paard op c6 te krijgen. Dit paard kan de kwaliteit op d8 pakken, maar Marco stelt dit uit en rokeert eerst kort. Met zeer dunne draadjes hangt de zwarte stelling nog enigszins aan elkaar. Naast zijn wellicht onhoudbare stelling begint de klok ook op te spelen. Wanneer Marco besluit om toch de toren te pakken met het paard is de winst nog niet heel makkelijk te realiseren. De verdere moeite wordt Marco bespaard wanneer Marten door zijn vlag gaat…
3½-4½

Marco... Matchwinner!!


Avondje HZPS 2...
De voortekenen ten spijt, winst numero drie zit in de tas. Uw verslaggever is wederom door alle denkbare gevoelslagen heen gegaan, en is nu nog steeds herstellende van het avontuurtje in deze emotionele rollercoaster. We hebben zoals gezegd zes matchpunten binnen weten te harken, en dat zijn er misschien wel zes meer als dan we vóór het seizoen hadden gedacht te zouden hebben. We maken ons verder natuurlijk geen illusies, en we gaan gewoon zonder verwachtingen op donderdag 17 december naar collega koploper de Pionier 2, die qua match en bordpunten onze evenknie is.

Verslag/Fotografie: Aad Juijn   

         




HZP Schiedam 2 - Shah Mata 3    5½ - 2½ (ronde 2)

"'t Swarte Paerd II"...
Vorig seizoen was kapitein Andries Schukking “Dolle Dries” de bevelhebber op het piratenschip “’t Swarte Paerd II”, de gemiddelde sterkte van de toenmalige bemanning lag rond de 1565 ratingpunten. Als laagst gerate team van de klasse 2A wist captain “Dolle Dries” maar liefst drie van de zeven vijandelijke schepen te enteren. In plaats van het min of meer verwachte rechtstreeks naar de 3e klasse te degraderen, werd toen opmerkelijk fraai beslag gelegd op de 5e plek! Afgelopen zomer kreeg de vereniging te maken met onverwachte mutaties. Enkele leden moesten hun bezigheden staken i.v.m. (ernstige) ziekte, en weer enkele anderen verkozen hun schaakgeluk elders te zoeken. Kortom, “’t Swarte Paerd II” werd er niet sterker op. Er moest een nieuwe bemanning worden samengesteld, en dat lukte natuurlijk wel, maar het ratinggemiddelde van de ‘crew’ kwam nu uit op ongeveer 1465 punten. Met deze rating ben je een subtopper in de 4e klasse! De admiraliteit van de club polste de nieuwe ‘crew’ of zij voelden voor een jaartje bivakkeren in rustiger vaarwater (vrijwillige degradatie naar de 3e klasse), de meerderheid stemde voor. Captain “Dolle Dries” had al eerder laten doorschemeren dat hij er niet voor voelde om met “’t Swarte Paerd II” in gedevalueerde vorm de woeste baren van de 3e klasse te gaan bevaren. “Dolle Dries” werd zwaar genoeg bevonden om deel uit te gaan maken van de bemanning van ons sterke vlaggenschip “’t Swarte Paerd I”. De grote vraag die restte… wie is de geschikte opvolger van captain Schukking? De functie eisen zijn bescheiden: Geen hoge verwachtingen hebben (liefst helemaal zonder verwachtingen), “meedoen is belangrijker dan winnen” mentaliteit hebben, ervaring in met verlies om kunnen gaan, een optimistische en ongecompliceerde kijk op het leven hebben en tenslotte ook niet onbelangrijk, het in het bezit van een auto zijn. In principe zou je kunnen stellen dat afgaand op deze criteria ieder lid van HZPS in aanmerking komt. Ware het niet dat het in bezit zijn van een auto hier het struikelblok vormt. Tijdens de ALV werd uiteindelijk de geschikte kandidaat gevonden. Gerard Turkenburg alias “lepe Geerdje”, durfde de ‘uitdaging’ wel aan. ‘Gewoon’ is Gerard niet, want wie in Klundert (Noord-Brabant) woont en toch bijna wekelijks op de club is te vinden moet wel een HZPS junkie zijn of gewoon geschift, dat kan natuurlijk ook nog. Verder is “lepe Geerdje” een man die niet hoog van de toren zal blazen, en zich ook niet snel in de spotlights zal begeven. Hij is meer zo’n type waarvan men zegt… “laat Geerdje nu maar schuiven, dan komt het vanzelf goed”…

Ashtapadeeërs en Shahmatanen…
... bind wel je
kameel vast...
Toegegeven, op de een of andere manier gaan je gedachten bij het zien van het kopje eerder uit naar de Bijbel, dan naar de RSB-competitie. Feit is in ieder geval dat de verenigen met de opmerkelijke namen Ashtapada en Shah Mata onvermoede krachten los maken bij de opvarenden van “’t Swarte Paerd II”. Je zou zelfs haast van goddelijke krachten spreken. Een oud Arabisch gezegde luidt: “Vertrouw op Allah, maar bind wel je kameel vast”, een modernere westerse variant zou kunnen luiden “Vertrouw op God, maar zet wel je fiets op slot”. Het opmerkelijke aan de jongens van “lepe Geerdje” is inderdaad het feit dat ook al staan ze (vet) verloren ze blijven wakker en scherp. Dat is een prettige instelling waarmee flinke ratingverschillen op lepe wijze gecompenseerd kunnen worden. In de eerste ronde tegen Ashtapada werd de kleinst mogelijke overwinning geboekt. Ashtapada had een gemiddelde rating van 1471, terwijl wij op 1421 zaten. De overwinning blijft knap, maar behoort reëel gezien gewoon tot de mogelijkheden. Wat er afgelopen maandag tegen Shah Mata 3 gebeurde tart sowieso het gezonde verstand, maar levert meteen een sterk bewijs dat rating cijfertjes inderdaad niet alles zeggend zijn. Strijdlust en doorzettingsvermogen blijken sterke wapens tegen ratingtekort. We moeten echter wel waken dat we niet in de zevende hemel gaan zitten, want om precies te zijn zitten we nu pas in de tweede hemel. Nogmaals, feit is wel dat onze jongens tegen clubs met namen van uitheemse descendentie kennelijk geïnspireerd raken…

En dan nog dit…
Gerard: moeilijk gezicht
Een uur voor de wedstrijd druppelden de hoofdrolspelers en de naar wat later bleek figuranten binnen. Kapitein “lepe Geerdje” was ook vroeg ter plekke, evenals ondergetekende die tevens de avond moest door gaan brengen als wedstrijdleider. Voormalig HZPS’er Dik van der Pluijm was ook vroeg ter plekke. Dik is tegenwoordig non playing kapitein van het Shah Mata 3 gezelschap. Voordat Dik ter plekke was had ik Gerard de prikkelende vraag gesteld: “en wat gaat het worden vanavond?”. Gerard is zoals wij weten niet zo van de gevleugelde uitspraken, zodoende werd een moeilijk gezicht van Gerard het eerste antwoord. Bij doorprovoceren mijnerzijds kwam er zowaar een gesproken antwoord… “met 4-4 zou ik al heel blij zijn”. Daar moest ik hartelijk (lees ironisch) om lachen… 4-4!!? Tja, dat willen we allemaal wel. HZPS gemiddeld 1472 en Shah Mata 3 gemiddeld 1608. 136 punten verschil dus, en dit gemiddeld aan ieder bord. Dik kwam de zaal binnen gekleed in een professioneel sportjack, bovendien een heus coach petje op zijn knar. Gerard Groen ook al een Gorzenees die aan de ‘verkeerde’ kant van de Maas is terecht gekomen (Shah Mata speelt op Zuid). De vader van Gerard Groen speelde in een ver verleden bij HZPS. Gerard trok een aantal behoorlijk gedateerde zwart/wit foto’s te voorschijn die o.a. het Schiedamse schaakleven toonden (jaren 50). Het was een gemoedelijke boel, het geheel had meer weg van een reünie. Niets van de sfeer verraadde dat er straks een schaakgevecht op het scherpst van de snede zou worden uitgevochten. Shah Mata 3 had ook een paar supporters opgetrommeld, waaronder de bekende schaakactivist en oud-RSB voorzitter Teun Koorevaar.

Captain Dik van der Pluijm...


Schaakactivist en oud-RSB voorzitter Teun Koorevaar
naast wereldkampioen Magnus Carlsen...


De wedstrijd…
Dan komen we nu (eindelijk) uit bij waar het allemaal om begonnen is, de wedstrijd. In het wedstrijdverslag maak ik gebruik van de meest actuele ratings, dat zijn die van november 2015. Op maandag 21 oktober was de wedstrijd al begonnen. Aan bord 5 speelde Jan Verveen (1345) zijn partij vooruit tegen Lourens Willem van der Pijl (1600), de partij eindigde in remise. Gezien het flinke ratingverschil misschien al een teken aan de wand…

Prettig voorafje…    
Aan bord 5 speelde Jan Verveen (1345) met zwart tegen Lourens Willem van der Pijl (1600). In het Konings-Indisch werd voor de Saemisch variant gekozen, en zoals dat in deze opening gebruikelijk is verliepen de rokades tegengesteld. Jan kort en Lourens Willem lang. Nadat Jan zijn f-pion op veld f4 had gespeeld ontstond de kritieke stelling. In dit soort stellingtype is de zwarte opstoot f4 pas gewenst als de witte g-pion is gepasseerd. Bijvoorbeeld als de zwarte f-pion nog op f5 staat en wit met de zet g4 de g-lijn wil openen (koningsaanval), dan pas gaat de zwarte pion naar f4. Jan speelde f4 dus te voorbarig en Lourens Willem speelde uiteraard g3, om met gxf4 de g-lijn te openen, om Jan vervolgens op een koningsaanval te trakteren (zonder zwart tegenspel). Groot was de verbazing toen Lourens Willem even later besloot g4? Te spelen. Even later stond de stelling muurvast en besloten de heren tot remise… Tja, gezien het gigantisch grote ratingverschil (255 punten!) en de witte gemiste kans mocht Jan absoluut niet mopperen (deed hij ook niet)… Jan zette het team in ieder geval met de neus in de goede richting!
½-½ 

Jan vooruit gespeeld... knappe remise 


Bord 5... al remise dus


‘Foutje’, bedankt…
Aan bord 4 speelde Dick Vons (1577) met wit tegen Frans Frishert (1683). Ook hier een flink ratingverschil van een slordige 100 punten in ons nadeel. In een Slavische partij met de zwarte loper buiten de keten op g4 en ruil op Pf3 komt Dick in het bezit van het loperpaar. De zwarte koning blijft wat lang in het centrum hangen, en Dick komt tot het logische e4. Er worden wat pionnetjes geruild in het centrum. Frans komt op het fatale idee om met Pc5 de loper op e4 aan te vallen, en overziet kennelijk de gevolgen van het witte antwoord. De witte pion op d5 schuift naar d6 en valt daar de dame op c7 en loper op e7 aan, deze pion kan gemakkelijk worden geslagen met dame of loper, maar wat vervelend is: de toren op a8 staat nu aangevallen door de loper op e4. Twee dreigingen aldus, en je mag maar één zet doen… In de post mortem bleek dat zwart had kunnen vechten na 0-0-0, de dame op c7 kan dan genomen worden door de pion op d6 maar de toren op d8 had dan de dame op d1 kunnen slaan. Een kwaliteit tegen twee pionnen, had zo duidelijk nog niet geweest. In de partij speelde Frans het volkomen foute Td8? Want nadat de witte d6 pion de dame op c7 sloeg en zwart met de toren de dame op d1 weg graaide (wit stond niet schaak want die had nog een toren op e1 staan) had Dick het ‘aardige’ c7-c8D+ bij de hand, De zwarte toren moest van d1 weer terug naar d8… Maar ja, een volle dame achter is misschien wat teveel van het verkeerde. Frans gaf meteen op. Een prettige opsteker voor Dick, maar vooral voor het team!
1½-½

Dick... "blitzkrieg"


“Lepe Geerdje”…
De kapitein van het schip Gerard Turkenburg (1540) was niet te beroerd om zelf aan het stuurwiel te gaan staan. Met zwart aan bord 1 trof Gerard als tegenstrever Bert Bonnet (1651), en ook hier weer ruim 100 ratingpunten verschil. In een Slavische opzet waarin beide heren kort hadden gerokeerd, speelde Gerard al vrij vlot op stukkenruil. Bert had de dame en toren op de half open c-lijn geposteerd, en om druk op de zwarte pion te zetten speelde wit de pion naar d5. Het pionnencentrum loste zich op en met een volstrekt gelijke stelling op het bord kwam Gerard even met mij overleggen of een remiseaanbod wenselijk was. Gerard had mij eerder op de avond het mandaat gegeven om het teamleiderschap waar te nemen, zodat Gerard zijn ‘handen’ vrij had om zich op zijn eigen partij te concentreren, het licht ging a tempo op groen. Bert zag ook geen heil meer in verder touwtrekken, en accepteerde… Prima resultaat van Gerard!
2-1

Gerard... uitstekende remise


Houdini… (1)
Aan het zwarte bord 3 nam David van der Vloed (1578) het op tegen Dolf Rijkeboer (1688), en ook hier weer een ratingverschil van ruim 100 punten. In een Morra gambiet ging er voor zwart in de opening zo’n beetje alles mis wat er mis kon gaan. Dolf kwam uitstekend te staan en meer dan waarschijnlijk stond hij zelfs wel ergens gewonnen. De vroege dameruil zorgde er voor dat de koning op d8 kwam te staan, en vervolgens werkten alle witte stukken samen aan de aanval. De stukken van David en met name de torens coördineerden niet. Met een stukoffer probeerde Dolf de boel te forceren (had de druk gewoon verder moeten opvoeren). Het bleef allemaal erg listig maar wit kon niet echt profiteren. Toen David eenmaal een gedekt paard op d5 kreeg (dat niet meer door pionnen kon worden verjaagd) begon er weer hoop te gloren. Dolf bleef krampachtig op aanval spelen, en onderschatte de aanvallende impulsen die David inmiddels in zijn stelling had weten te creëren. David kreeg het voor elkaar om twee witte lopers in te zetten. En om nu met twee stukken achter verder aan te modderen was de eer van Dolf terecht te na. Een geslaagde poging van David om de wereldvermaarde ontsnappingskunstenaar uit de vorige Harry Houdini serieus naar de kroon te steken. Sterk staaltje veerkracht en doorzettingsvermogen David! Zelf had ik achter de zwarte stelling gezeten op zeker in een depressie terechtgekomen…
3-1

David ...een geslaagde ontsnapping!


Schaakpiraterij…
Johannes Schrumpf...
Piratenschip “’t Swarte Paerd II”, en dan kun je niet om de man heen die zowel alle uiterlijke kenmerken alsmede de mentale eigenschappen van een echte onvervalste 17-eeuwse zeerovershoofdman in zich meedraagt en ook niet te beroerd is ze uit te dragen. Een verschil zou nog kunnen zijn dat het vat rum is vervangen door bier, veel bier. Oké… de papagaai op de schouder ontbreekt ook nog. Johannes Schrumpf (1506) zag Willem Langstraat (1644) tegenover zich plaats nemen. Hans die wit had kwam via zetverwisseling in een van Geet-achtig systeem terecht. Voor Hans hoeven opmerkelijke ratingverschillen, zoals ook deze keer weer (128 verschil), geen onoverkomelijke hindernissen te zijn. Met zijn alles of niets spelletje heeft Hans al voor menig opzienbarende stunt gezorgd. In een stelling waar Hans kort rokeerde en Willem zijn koning lange tijd in het centrum hield, ontspon zich een soort van paardendans. Hans besloot desondanks een actie op de koningsvleugel te ondernemen, hetgeen leidde tot dameruil. Door het gesloten karakter van de pionnenstructuur dreigde de stelling vast te lopen. Willem had inmiddels lang gerokeerd. Hans brak de stelling open en bedreigde via de a-lijn de zwarte koning. Willem ving de aanval op en beide spelers beschikten over twee torens en een loper (ongelijke kleur). Er was geen doorkomen meer aan, en Hans bood remise aan. Meer zat er ook niet in, maar Willem moest doorspelen van coach Dik. Niet lang daarna werd de serene stilte in de zaal wreed verstoord door luid getier en gemopper… “HET WAS GDVRDMME POTREMISE, MAN!”…  “EN DAN GA JE GEWOON DOOR ZITTEN KLOJEN!”… en nog zowat van dergelijke krachttermen. Hans had in zijn argeloosheid de torens op d1 en c2 geplaatst, Willem deed het vrij voor de handliggende La4, en tja… daar ging de kwaliteit. Hans rommelde nog door maar dat mocht geen naam meer hebben… Hans, echt goed gespeeld, de remise was zeker verdiend, maarrrr zoals wel vaker…
3-2   

Hans... goede partij, slecht einde


Driemaal scheepsrecht… is remise!
Aan het witte bord 6 speelde onze topscorer van het vorig seizoen F.G. Maas (1447). Tegenstander was oud-Gorzenees Gerard Groen (1610). Hier was het ratingverschil alarmerend hoog, maar liefst 163 puntjes. Nu is F.G. ondanks zijn wat ondergewaardeerde rating toch geen type waar je gemakkelijk over heen walst. Zoals we dat gewend zijn van F.G. komt de partij wat langzaam op gang en vertoont het spelsoort vele strategische elementen. Wanneer de damevleugel is afgegrendeld verlegt wit zijn spel naar de koningsvleugel. Gerard zoekt zijn heil middels de e-lijn door het centrum. Er vindt wat ruil hier en daar plaats, en F.G. breekt de g-lijn open. Beide spelers zijn dan nog in het bezit van de dames en voor ieder nog een paard, en een handjevol pionnen. Op het moment dat er een en ander aan zetherhaling plaats vindt sta ik te kijken. Plots zegt F.G. tegen Gerard “zullen we hem dan maar remise houden?”… “nou, nee” is het antwoord. Waarop F.G. riposteert met “als ik mijn dame op f3 zet is het remise door driemaal dezelfde stelling”. Gerard: “nou, nee dat dacht ik niet”. F.G. kondigt de zet aan voert hem uit en claimt remise (officieel had F.G. de klok stil moeten zetten en dan remise claimen bij de wedstrijdleider, nu stond ik er zelf bij, en zette de klok als service zelf stil). Het bord werd meegenomen naar een achteraf hoekje, en met de beide heren als getuige reconstrueerde ik de partij vanaf de laatste zet terug, F.G. had gelijk en ik kon niet anders dan de partij overeenkomstig de claim remise verklaren. Gezien het overgrote ratingverschil een puike prestatie van F.G…
3½-2½

F.G. goed opgelet!


Fide reglement…
Het is misschien interessant voor u als speler maar toch ook voor de amateurarbiters onder ons te weten hoe de procedure in ons schaakwetboek is vastgelegd, bijvoorbeeld wat te doen als de claim van F.G. onterecht was geweest: 

9.5 Als een speler remise claimt op grond van artikel 9.2 of 9.3, dan zet hij onmiddellijk beide klokken stil. Hij mag zijn claim niet intrekken.
1. Als blijkt dat de claim terecht is, dan is de partij onmiddellijk remise.
2. Als blijkt dat de claim onterecht is, dan moet de arbiter drie minuten toevoegen aan de bedenktijd van de tegenstander. Daarnaast dient de arbiter wanneer de claimende speler meer dan twee minuten op zijn klok heeft, de helft van de resterende tijd van de claimende speler af te trekken tot een maximum van drie minuten. Als de claimende speler meer dan een minuut maar minder dan twee minuten over heeft, wordt zijn resterende tijd een minuut. Als de claimende speler minder dan een minuut heeft, dient de arbiter de klok van de claimende speler niet te corrigeren. Daarna gaat de partij verder en moet de meegedeelde zet worden gedaan.

Donkere wolken…
De voorsprong van 3½-2½ ten spijt, de twee resterende borden (Leo en Marco) stonden beiden een pion achter, en het had er alle schijn van dat de einduitslag op een 3½-4½ nederlaag zou uitdraaien. Laten we eerlijk zijn, zelfs een kleinst mogelijke nederlaag zou nog een zeer behoorlijke prestatie geweest zijn, gezien het flinke gemiddelde ratingverschil. Dat de einduitslag uiteindelijk op bizarre wijze in ons voordeel uitviel had geen enkel normaal mens meer aan zien komen… Het was een drukte van jewelste rond de twee overgebleven borden. Vriend en vijand viel van de ene verbazing in de andere…

Houdini… (2)
Aan bord 7 had Leo Pletikosic (1448) zwart tegen de enige vrouwelijke deelnemer Mariandel Menzel (1459). Hier springt meteen in het oog dat de ratings behoorlijk in evenwicht zijn, overigens was dit de enige uitzondering op het gebied van rating gelijkheid deze avond. Het werd een partij met een dramatische ontknoping voor de bezoekers uit Zuid. In een geweigerd Budapester gambiet bereikt Leo aanvankelijk een gelijke stelling. Met het agressieve schijnoffer b5 wordt de pionnen symmetrie volledig overhoop geklauwd. Mariandel verkrijgt twee vrijpionnen op de a en b-lijnen. Leo kan deze belegeren en zal met zijn centrumpionnen iets moeten (de witte c en d-pionnen staan naast het bord). Er gaan een aantal stukken in de doos, en Leo offert zijn achtergebleven pion op d6 door hem naar d5 te spelen, met de bedoeling wat meer open lijnen voor de zware stukken creëren. Naast de zware stukken beschikken beide spelers ook nog over een paard. Mariandel neemt het pionoffer op d5 dankbaar aan door met haar pion op e4 te slaan. Nu heeft wit een gevaarlijke vrijpion op d5, welke al snel op d6 terecht komt. Een paar torens wordt geruild. De stelling van Leo staat nu op instorten. Mariandel heeft een paard op f5 staan dat gevaarlijk naar e7 kan, Mariandel verkiest echter met de toren binnen te dringen op e7. Na het voor de handliggende g6 (valt het paard aan) speelt wit de vrijpion naar d7, in de veronderstelling dat deze wel promoveert. Leo slaat het paard met zijn dame. Na een wit dameschaakje blijkt Leo plots over een torenzet te beschikken die de gehele witte opzet weerlegt. Mariandel staat nu een stuk achter, en de d-pion zal nooit promoveren, sterker nog deze gaat er gewoon af. Een zeer pijnlijke ontwikkeling voor de Shahmatanen, en voor Mariandel in het bijzonder. Een gewonnen staande stelling in één zet omtoveren tot een verloren staande stelling maakte direct een eind aan de wedstrijd! Leo speelde lange tijd een goede partij, en bleef gelukkig op scherp staan toen hij verloren stond…
4½-2½

Leo... gelukkig scherp gebleven!


Houdini… (3)
Aan het witte bord 8 speelde Marco Zwanenburg (1367) tegen de veel hoger gerate Piet Dijksman (1553). 186 punten verschil! In een Hollandse partij ging het al vroeg op de avond mis voor Marco. De witte hangpion op e3 (de d-lijn was inmiddels al opengebroken) was niet meer te redden, de witte stelling was na dit pionverlies feitelijk al hopeloos te noemen. Ik had de partij van Marco op een vlotte nul ingeschaald. Nu is het ook weer zo dat Marco over een enorme dosis vasthoudendheid beschikt, ik heb hem in RSB verband stellingen zien winnen, die ikzelf opgegeven zou hebben. Op een bepaald moment stond Marco zelfs twee pionnen achter. Het komt me voor dat Piet al ergens in de veronderstelling was dat de partij al in de tas zat. Na dameruil komt er weer een pionnetje terug. Piet heeft in de vrijpion op e4 nog een troef. Een langdurige fase van manoeuvreren breekt aan. Piet begint onvast te spelen, en lijkt de draad kwijt te zijn geraakt. Marco wint de pion terug, en even later nog een erbij. Marco slaagt er zelfs in om een toren op de 7e rij te krijgen, en plots werken drie stukken van Marco zo goed samen dat de zwarte koning zich plots in een matnet bevindt. In deze fase is de klok ook nog eens tegen Piet, slechts 20 seconden nog. Om mat te voorkomen moet Piet een stuk geven, maar dat stelt de HZPS pret slechts één zet uit. Met de vasthoudendheid van een Bulterriër heeft Marco de winst afgedwongen… Proficiat Marco!
5½-2½

Marco... vechtlust!


Geestelijk aangerand…
W.T.F...??
Ik kan me niet of nauwelijks voorstellen dat captain Dik van der Pluijm alsmede de Shahmataanse spelers en toeschouwers vooraf enig moment hebben gerekend met dit absurde scenario. De eerlijkheid gebiedt te zeggen… wij dus ook niet. De Shahmatanen maakten na afloop van deze ‘kaltstellung’ een “geestelijk aangerande” indruk. Er was duidelijk iets onlogisch gebeurd, maar het was tegelijkertijd ook nog niet helemaal doorgedrongen, zo leek het. Voor ons is deze onverwachte winst zo nodig nog vervelender. Voor je het weet worden we ineens serieus genomen door de andere teams in onze klasse, of erger nog… raken we in een ongewilde strijd om promotie verwikkeld. Terwijl we juist alle moeite hebben moeten doen om competitieleider Arrian Rutten te overtuigen dat spelen in de 2e klasse voor dit team totaal geen optie was, en wij daarom echt moesten degraderen naar de 3e klasse, hetgeen op eigen kracht vorig seizoen niet lukte… En dan nog tot slot. Ik merk bij mijzelf dat er een rare mix van schaamte en schuldgevoelens is ontstaan na deze wedstrijd. Het voelt alsof wij de goed bedoelende Shahmatanen hebben bestolen of in ieder geval flink in de maling hebben genomen. Het lijkt me geen slecht idee wanneer ons bestuur een oprechte excuus brief naar het bestuur van Shah Mata stuurt, misschien zelfs nog vergezeld van een flinke bos bloemen en een kistje goede wijn. Iets in de strekking van… Sorry, sorry, sorry, wij hebben het echt niet zo bedoeld, maar… enz. De volgende wedstrijd betreft de uitwedstrijd tegen WSV 3, het enige team in onze klasse dat ten opzichte van ons op een lagere gemiddelde rating kan bogen, voor wat zo iets ook moge betekenen…
Het verslag van de Shahmataanse coach Dik van der Pluijm leest u hier

Verslag: Aad Juijn
Fotografie: Andries Schukking/Jan Hennevanger

       



Ashtapada 1 - HZP Schiedam 2    3½ - 4½ (ronde 1)

Botox en erger…
HZP Schiedam kent op het ogenblik moeilijke tijden. In het seizoen van de fusie tussen HZP en Schiedam (1986/1987) speelde HZP Schiedam met 6 teams in de competitie (het eerste speelde zelfs KNSB), maar goed, dat was 29 jaar geleden. Ter indicatie: Onze topscorer van team 1, vorig seizoen David van der Mast was tijdens dat seizoen 1 jaar! Het World Wide Web (www.) werd in 1991 ingevoerd. Dit seizoen is ons 4-tal ter aarde besteld, en hebben we dus nog slechts twee teams. Wijlen team 3 speelde zijn laatste wedstrijd op 19 april 2013. Het tweede is nu dus hoegenaamd het laagste team van de vereniging. Enkele seizoenen geleden was dit team een behoorlijk homogeen team… per nieuw seizoen volstond een enkele Botox injectie om de ontstane rimpeltjes te maskeren. M.a.w. het jaarlijkse verloop in het team was niet groot. Dat euvel werd gedurende de seizoenen voorbij gingen ernstiger. De laatste drie seizoenen werd zo ongeveer steevast het halve team vervangen, dan spreek je niet meer van Botox injecties, maar meer van facelifts of zelfs complete gezicht transplantaties. Frans Groeneweg en de succesvolle coach van afgelopen seizoen Andries Schukking zijn gepromoveerd naar team 1. Jan Brand is getroffen door een ernstige ziekte. Hiermee worden drie spelers die vorig seizoen zo’n beetje aan de ‘bovenste’ borden te vinden waren node gemist. Alles schuift dus weer door en daar word je in de regel niet sterker op. Vandaar dat het bestuur de competitieleider van de RSB heeft moeten verzoeken om een vrijwillige degradatie uit klasse 2 naar klasse 3 te ondergaan. Ik verzeker u op voorhand dat het in de 3e klasse ook geen gemakkelijke zaak gaat worden. Om nu te voorkomen dat deze bijdrage u in een herfstdepressie drukt veranderen we nu van koers, en bekijken we de zaak van een kant die er ook is…

Teamleider Gerard, een wonderlijk type…
Teamleider Gerard...
Schrijver dezes inleiding is tevens uw webmaster en heeft bovendien jarenlange ervaring met het teamleiderschap van het tweede. Vorig seizoen werd ik steevast door toenmalig teamleider Andries Schukking gevraagd om mee te reizen wat betreft de uitwedstrijden om als geschiedschrijver en co teamleider op te treden. Nu Gerard Turkenburg de playing captain is bleef een dergelijke uitnodiging uit. Afgesproken is in ieder geval wel dat ik gedurende de thuiswedstrijden als wedstrijdleider ga optreden, de verslagen van die thuiswedstrijden zal ik dan tegelijkertijd ook voor mijn rekening nemen, want als wedstrijdleider heb je in feite toch geen ene jota te doen. Overigens dit verslag kwam op voor mij leerzame wijze tot stand. Waar ik normaliter thuis toch wel enkele uurtjes met zo’n verslag zit te worstelen, liet Gerard mij afgelopen maandagavond op de clubavond zien hoe je het schrijven van zo’n verslag effectief aanpakt. Toen ik om zeven uur ’s avonds het clubgebouw binnenwandelde was Gerda de barjuf als gebruikelijk al aanwezig. Gerard was er ook al en had een maaltijd gescoord bij een of andere patatbalie en zat smakelijk een broodje hamburger te consumeren. Er werd natuurlijk even bij gekletst over de benauwde maar eclatante overwinning van het tweede. Mijn onvermijdelijke vraag in mijn hoedanigheid van webmaster was natuurlijk “heeft er nog iemand een verslag en foto’s gefabriceerd?”. Het antwoord was tussen het gesmak door kort en duidelijk hoorbaar… “nee”. Toen Gerard even later zijn broodje hamburger weggewerkt had zei hij “maar dat kan ik nu wel even schrijven”. En jawel hoor na hooguit tien minuutjes kreeg ik twee beschreven blaadjes uit een kladblok overhandigd. Wat betreft de foto’s: u zult het met exemplaren uit ons inmiddels onmetelijke archief moeten doen. Een wonderlijk type die Gerard, hij lijkt me wel de juiste man om dit tweede door dit moeilijke seizoen heen te loodsen…

Lineariteit…
... zenuwslopende ontknoping
Dat dan weer wel… bij het overtikken van Gerard zijn verslag viel al snel op dat Gerard nogal lineair bezig was geweest… d.w.z. de bordvolgorde aanhouden i.p.v. de in dit geval spannender versie van de chronologische beschrijving te hanteren. Ik geef u daarom van te voren mee dat bij een 3½ - 3½ stand, de einduitslag werd bepaald aan bord 6 (Leo Pletikosic). Dus de laatste partij bracht de beslissing… een zenuwslopende ontknoping aldus. Verder valt nog op dat Gerard een zeer korte en bondige no nonsense schrijfstijl hanteert. Gerard woont natuurlijk al jaren in Brabant, en daar word je kennelijk niet spraakzamer van. Ashtapada 1 was met een gemiddelde bordrating van 1471 punten licht favoriet. HZP Schiedam 2 zat daar gemiddeld 50 punten onder (1421). We laten Gerard aan het woord…

Bord 1. Gerard Turkenburg (1540) - Ben Spijkers (1552) ½ - ½
Ik kwam redelijk goed uit de opening, maar dhr. Spijkers verdedigde goed dus remise was terecht.

Teamleider Gerard speelde zelf aan bord 1...


Bord 2. René Tobé (1585) - Dick Vons (1531) 0 - 1  
Dick speelde goed en kwam al snel beter te staan, uiteindelijk werd de druk te groot en won Dick. Prima gedaan!

Dick... vol punt aan 2!


Bord 3. David van der Vloed (1547) - Dennis Barendrecht (1501) 1 - 0 
David stond zo’n beetje de hele partij beter, maar vlak voor het einde gaf David zijn voordeel weg. Door een fout van zijn tegenstander, die zijn dame weg gaf werd de winst toch nog binnen gehaald.

Ook David het volle pond!


Bord 4. Ed de Graaf (1607) - F.G. Maas (1479) ½ - ½
F.G. kwam beter uit de opening maar kon zijn voordeel niet uitbuiten, dus remise.

F.G.... remise tegen de hoogst gerate man!


Bord 5. Jan Verveen (1358) - Christian Hemmes (1024) ½ - ½
Deze partij ging gelijk op met licht voordeel voor Jan, maar het voordeel was te weinig.

Jan... net te weinig, en dus remise


Bord 6. Peter den Heijer (1495) - Leo Pletikosic (1421) 0 - 1
Leo kwam goed uit de opening en hield dit de hele partij vol. Aan het eind had Leo niet al te veel tijd meer en bezorgde hij mij wel wat zenuwen, maar hij maakte het mooi uit.

Leo... MATCHWINNER!


Bord 7. Marco Zwanenburg (1395) - Theo Michielsen (1593) 0 - 1
Deze partij ging lange tijd gelijk op, maar in het eindspel gaf Marco zijn tegenstander te veel spel. Jammer Marco.

Marco... jammer


Bord 8. Peter de Koning (1412) - Jan Hennevanger (1098) 1 - 0
Jan verloor in de opening een pion en heeft de hele partij achter de feiten aangelopen. Hier was geen eer aan te behalen, ondanks dat hij nog wel gevochten heeft.

Jan verliest met zwart?!?


En nu?
Tja, na deze overwinning ben je geneigd om fluitend omhoog te kijken, een blik op de uitslagenlijst laat echter vrij ontnuchterend zien dat we qua gemiddelde rating op plek 7 zijn ingeschaald. Dat gaat dus nog hard werken worden… daar staat nog wel tegenover dat onze beoogde bord 1 speler Hans Schrumpf verhinderd was! De volgende wedstrijd is op maandag 2 november, dan treden we thuis aan tegen Shah Mata 3.

Inleiding/Ballonplakkerij: Aad Juijn
Verslag: Gerard Turkenburg
Fotografie: HZPS archief 

Geen opmerkingen: